Met een hoge opkomst en een kleine meerderheid heeft de Britse bevolking besloten dat het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie gaat verlaten. Dat is een zeer te betreuren, schokkende beslissing. Brexit is slecht voor het Verenigd Koninkrijk , voor de Europese Unie – en dus ook voor Nederland- en voor de politieke en economische verhoudingen in de wereld.
Economisch, omdat allereerst in het Verenigd Koninkrijk, maar ook in andere (EU)landen sprake zal zijn van krimpende handel, stagnerende economische groei en minder werkgelegenheid. De al zwaar op de tocht staande geest van mondiale en Europese vrijhandel wordt nog meer aangetast. Het is zeer de vraag of Londen City het financiële centrum van de wereld zal blijven.
Politiek, omdat sinds het 43-jarig EU- lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk een gezond evenwicht bestaat tussen de economische en politieke opvattingen van de drie grote EU- landen,Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Juist voor Nederland is dat evenwicht van het grootste belang, omdat de Europese invalshoek van het Verenigd Koninkrijk vaak overeenkomt met de onze. Het is niet voor niets dat Nederland vanaf het begin van de EU/EEG groot voorstander van het Britse lidmaatschap was. Ook de bijzondere band tussen het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten is zeer belangrijk en positief.
Voor de Britse binnenlandse politiek kan Brexit desastreus uitpakken . Het verscheurt het land. Schotland wil – zo blijkt uit de referendumuitslag aldaar- in de EU blijven en zal een nieuw referendum voor afscheiding van het VK vragen. En ook in Noord-Ierland ontstaat grote politieke onrust. Het Verenigd Koninkrijk zou dus uit elkaar kunnen vallen.
Ook in de overige EU- landen zal de Britse beslissing tot binnenlands- politieke en (nog grotere) maatschappelijke onrust leiden. In ons land vraagt Geert Wilders al meteen om een “Nexit “. Dat zal er niet snel komen, omdat er geen politieke meerderheid voor is en een referendum daarover alleen door een meerderheid van het Parlement kan worden aangevraagd. Risicovoller is de situatie in Frankrijk, waar een Presidentschap van Marine Le Pen niet is uitgesloten, waarna de weg naar een “Frexit “zou kunnen worden ingezet. Dat zou het einde van de EU betekenen.
Van vele kanten- van Cameron tot Obama en het IMF- in de afgelopen tijd naar voren gebracht dat een Brexit in velerlei opzicht slecht is voor het Verenigd Koninkrijk. Maar dat was bij velen aan dovemans oren gericht. Het wantrouwen tegen globalisering, tegen de “elite “en tegen deskundigheid won het van gezond verstand. Gevoel won het van feiten.
Het trieste is dat waarschijnlijk juist vele pro-Brexit stemmers de dupe zullen zijn van de door hen veroorzaakte beslissing. Economische crisis en werkloosheid zullen hen bovenmatig treffen.
De dramatische Brexit beslissing onderstreept nog eens hoe gevaarlijk een referendum kan zijn. Het is aan gekozen volksvertegenwoordigers om in een brede afweging van alle aspecten de opvattingen van de kiezers te vertolken. Parlementariërs zijn er juist om namens de kiezers complexe zaken te kunnen overzien en verantwoorde afwegingen te maken. Wanneer dat in ingewikkelde zaken als deze door de kiezers rechtstreeks wordt gedaan, overheersen vermeend korte-termijn eigenbelang, tunnelvisie, gevoel en emotie. De deur staat dan open voor populisten van binnen en buiten de politiek, die daar handig gebruik van maken. Premier Rutte heeft dan ook groot gelijk tegen het instrument referendum te zijn, zeker voor complexe internationale onderwerpen, waarbij de gevolgen vele malen verder gaan dan de eigen landsgrens.
Tenslotte: wat nu na de Brexit- beslissing ? Er zal een lange formele weg naar de uittreding van het Verenigd Koninkrijk begaan moeten worden. Maar belangrijker is dat de EU zich nu werkelijk moet hervormen. Sommige onderwerpen kunnen gewoon niet anders dan in Europees verband opgelost worden. Denk aan milieu en duurzaamheid; veiligheid (als onderdeel van de NAVO), terrorismebestrijding, vluchtelingenbeleid en handel. De Europese Unie dient zich tot dergelijke kerntaken te beperken. Een Verenigde Staten van (een supranationaal) Europa is daarvoor niet nodig. Het trieste is dat juist de Britten altijd hebben gepleit voor zo’n pragmatische en zakelijke benadering van Europese samenwerking.