62 procent van de Nederlanders vindt dat in bepaalde gevallen criminelen het laatste deel van hun straf thuis mogen uitzitten. Dat blijkt uit een onderzoek van EenVandaag. Binnenkort debatteert de Tweede Kamer over het wetsvoorstel van het kabinet om ‘elektronische detentie’ mogelijk te maken.
Elektronische detentie betekent dat een gevangene het laatste deel van zijn gevangenisstraf thuis uit kan zitten. Zijn bewegingen worden in de gaten gehouden door middel van een enkelband met een zendertje. Elektronische detentie is ter vervanging van bijvoorbeeld proefverlof.
Tegenstanders van de maatregel zeggen dat ze de straffen in Nederland al laag vinden en wijzen er op dat bij goed gedrag veroordeelden al na tweederde van de tijd vrij kunnen komen.
Voorstanders wijzen vooral op het terugdringen van recidive door betere resocialisatie van veroordeelden.
Moordenaars en zedendelinquenten niet toestaan
Bij bepaalde typen criminaliteit vinden deelnemers dat de veroordeelden thuis de straf niet uit mogen zitten. Negen op de tien vinden dat dit bij moord (91 procent) of bij zedendelicten (88 procent) niet moet worden toegestaan.
Ook bij mishandeling (78 procent) en bij overvallen (79 procent) is weinig draagvlak voor Elektronische Detentie.
Met een enkelband de straf uitzitten kan op de meeste steun rekenen als strafmaatregel bij fraude (50), bij diefstal (49%) en bij cybercrime (31%).
Elektronische detentie is bijvoorbeeld in België al wel mogelijk, maar daar zijn zedendelinquenten uitgesloten van de regeling.