Nederland overweegt F-16-gevechtsvliegtuigen in te zetten voor de NAVO-activiteiten om Oost-Europese bondgenoten te beschermen. Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn om een marineschip naar de Baltische Zee of de Zwarte Zee te sturen.
Dat zei minister Jeanine Hennis-Plasschaert van Defensie dinsdagavond in het televisieprogramma Pauw & Witteman. Ons land zet nu al een tankvliegtuig in dat Awacs-radarvliegtuigen in de lucht bijtankt. Die toestellen patrouilleren in het luchtruim van Polen en Roemenië om de situatie rond Oekraïne te observeren. Het aantal ‘Awacs-uren’ is geïntensiveerd, zei de minister. Volgens haar wordt nu gekeken hoe Nederland een bijdrage kan leveren aan de luchtverdediging of “een verhoging van marinevertegenwoordiging”.
Hennis wilde niet zeggen of er al een besluit is genomen over een mogelijke extra bijdrage van Nederland. De ambassadeurs bij de NAVO komen woensdag bijeen om over dit soort zaken te overleggen. De minister zei niet welke instructie de Nederlandse ambassadeur heeft meegekregen. “We zijn constructief en we zijn voor het geruststellen van onze oostelijke bondgenoten. We zijn lid van een bondgenootschap, mèt een reden, en we nemen daarin ook onze verantwoordelijkheid”, zei Hennis.