Enige beroering over de vraag of je wel of niet moet bedanken voor een retweet was wel te verwachten. Het feit dat er twee groepen ontstaan waarbij de ene worstelt met die vraag en de ander het idee ronduit belachelijk vertelt ons iets over de ‘volwassenheid’ van het medium Twitter. Natuurlijk is bedanken niet per definitie goed of fout. Maar dat men openlijk de vraag stelt over hoe het nu zit met de etiquette laat zien dat Twitter nog stuipjes heeft.
Etiquette
Hoe flauw je het ook mag vinden: etiquette verschaft duidelijkheid. Wanneer je iemand ontmoet schud je elkaar bijvoorbeeld de hand (hoewel daar de meningen soms over verdeeld zijn) en het is gewoon de bezoekende partij een kopje koffie aan te bieden. Wij vinden dat beleefd, maar de gestandaardiseerde omgangsvormen zorgen ook dat we goed weten wat we van elkaar kunnen verwachten. Zeker in zakelijk verkeer is dat wel zo handig, het is ook niet voor niets dat juist in de jongerencultuur veel meer geëxperimenteerd wordt met omgangsvormen.
Nettiquette
Omgangsvormen ontstaan spontaan en vooral geleidelijk, maar dit is een proces dat voor de meeste kanalen op internet niet is weggelegd. De snelheid waarmee het medium en vooral de diverse diensten waarmee men communiceert opkomen zorgt er voor dat er spanningen ontstaan rond de omgangsvormen. Aanvankelijk hield men zich aan een vrije mix van alledaagse etiquette en een soort meritocratische code, waarbij het recht van de slimste gold.
“Welcome to the Internet. No one here likes you”, was de regel waarbij velen aan het begin van de dotcom crisis leefden en het is nog steeds de basisregel voor alles online. Gevoed door het principe dat je uiteindelijk nooit kunt weten wat iemands intenties zijn, kun je maar beter met enige achterdocht en voorzichtigheid te werk gaan. Toch waren er ook tien jaar geleden al (zelf)hulpgroepen, chatrooms en profielensites waarbij mensen blijk gaven van wederzijdse vriendschap en –afhankelijkheid. De te volgen etiquetteregels waren daarbij impliciet en volgens een variatie op het tit for tat principe, met dien verstande dat het eerste contact vaak voorzichtig was en bij gebleken betrouwbaarheid er vriendelijker contact kon ontstaan.
Mag dit wel?
Of de vraag of bedanken voor een retweet hoort nu ‘stom’ is of niet: het geeft blijk van een zekere onzekerheid bij de huidige generatie internetgebruikers. Waar eerder kleinere groepjes blijkbaar sneller tot een consensus kwamen, zijn er nu nieuwe gebruikers die in nieuwe subgroepen de gedragsregels opnieuw bevragen. Juist nu ook zakelijk contact steeds vaker via internet gaat is de vraag “Moet je bedanken?” nog helemaal zo gek nog niet. Met een insteek waar experimenteren en “om dat het kan” niet meer het hoogste goed zijn is het niet gek dat men behoefte heeft aan het stroomlijnen van de communicatie. Daarbij hoort van oudsher het je zelf (en elkaar) opleggen van gebruiken en beperkingen.
Het opwerpen van vragen over Twittercodes en retweetbedankjes geeft blijk van de verschuivende functie van het internet. Diegenen die vinden dat het mooie er zo wel af gaat hebben in zoverre gelijk dat het experimenteren op zijn minst bijzaak wordt: internet is serious business en voor groepen die er op deze manier van gebruik willen maken hoort dat allemaal veel formeler. De vraag is of het inherent technische karakter van het internet niet toch die meritocratische onderstroom blijft voeden.
Gyurka Jansen is wekelijks over internet te horen op Radio 1 en geeft training en advies over nieuwe media en marktonderzoek.
CC-Foto: Lip Kee