Het aantal jeugdbendes is in vier jaar tijd fors afgenomen. Dat blijkt uit cijfers die minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie dinsdag naar de Tweede Kamer stuurt, meldt dagblad Trouw.
De hoeveelheid problematische jeugdgroepen is afgenomen van 1760 in 2009 naar 764 eind 2013. Dat is een daling van 56 procent. Toch blijkt uit het rapport Problematische Jeugdgroepen in Nederland dat samenwerking tussen politie, justitie en gemeenten nog steeds hard nodig is. Het aantal betrokken partijen moet zelfs worden uitgebreid om de georganiseerde jeugdcriminaliteit verder in te dammen.
Het gaat niet om zomaar groepjes hangjongeren. De jeugdbendes houden veelal straten, buurten of zelfs hele wijken in hun greep door hinderlijk aanwezig te zijn en overlast te veroorzaken, mensen te intimideren en geweld te gebruiken, waardoor buurtbewoners geen aangifte durven te doen.
(ANP)