ThePostOnline

De oorlog in Libië begint nu pas echt

26-08-2011 16:00

Tripoli is in handen van de rebellen. Ghadaffi is verdreven. Libië lijkt vrij. Na de eerste euforie blijkt de oorlog echter nog niet voorbij, ook voor het westen niet. Sterker nog, het begint nu mogelijk pas echt. Een vrij rond lopende Ghadaffi, een stadsguerrilla en een stammenoorlog kunnen de oorlog verergeren. Zo lang Ghadaffi niet opgepakt of gedood is, zorgt hij voor onrust in de bevrijde gebieden en voor inspiratie voor zijn nog steeds loyale strijders. Familiebanden, eer en angst voor vergelding zijn in zijn stam niet te onderschatten.

Ghadaffi zelf zegt door te vechten tot de overwinning of het martelaarschap. Vooralsnog blijken veel aanhangers dezelfde instelling te hebben. Zijn huurlingen blijven vechten zo lang zij betaald worden.

Stadsguerilla

Waar de NAVO een beslissende rol speelde bij de opmars naar en gedeeltelijke ‘bevrijding’ van Tripoli, is het de vraag wat zij bij een stadsguerrilla kunnen betekenen. Binnen VN-mandaat 1973 kunnen ze middels bombardementen doorgaan met het blokkeren van de aanvoer van voorraden naar Ghadaffi troepen. Heel veel meer dan afsluiten en uithongeren kunnen de NAVO bombardementen echter niet. De uiteindelijke overwinning zal op de grond, in met name Tripoli, per wijk, per straat, per huizenblok behaald moeten worden. En wanneer is er gewonnen? Het verleden leert dat leden van de guerrilla makkelijk enkele jaren deel uitmaken van het (stadse) leven, voordat ze (weer) tot actie over gaan.

Als de strijd eenmaal gestreden is, wie heeft er dan gewonnen? Het hele Libische volk? Op korte termijn lijkt het daar op. Ze is bevrijd van het regime van Ghadaffi. De verdeeldheid onder verschillende stammen kan echter roet in het eten gooien. Tijdens de strijd tegen Ghadaffi verliep de samenwerking verre van vlekkeloos. Het in veler ogen ongeregeld zootje kon ondanks de bombardementen van de NAVO amper grondgebied veroveren.

Stammenoorlog

Het enige wat de opstandelingen echt met elkaar delen, is de wil om Ghadaffi te verdrijven. De vrijheid die hiervan het logische gevolg lijkt, is allerminst een zekere zaak. Wie bepaalt wie in vrijheid kan leven? Bij voorkeur doet het Libische volk dat. Hoe? Democratie? Op korte termijn is een werkende democratie niet te verwachten. Dat kost tijd. Als het al lukt. Kijk maar naar Irak en Afghanistan. Kan de overgangsregering voor rust en vrijheid van het Libische volk zorgen? Dat is een grote onzekerheid. Het is de vraag of de verschillende stammen de macht met elkaar kunnen delen. Daarnaast hebben niet alle leden van de overgangsregering schone handen. Meerdere leden zijn overgelopen uit het Ghadaffi kamp. Angst voor vergelding ligt op de loer. Het wordt tijd voor samenwerking en vergeving van de zonden. Anders kan de vrijheidsstrijd van het Libische volk omslaan in een vrijheidsstrijd tussen de verschillende stammen.

De Libiërs hebben van begin af aan gepretendeerd de klus zonder een buitenlandse grondinterventie te kunnen klaren. Dat klinkt bewonderingswaardig en kwam het westen ook wel goed uit. Ten tijden van bezuinigingen op defensie en oorlogen in Irak en Afghanistan zijn er weinig middelen om nog een dure grondoorlog te voeren. Daarnaast zou nog een westerse invasiemacht in een moslimland geen goede PR zijn geweest. Het is echter de vraag of in Libië vrede en veiligheid in het verschiet liggen zonder verdere internationale interventie. Zonder de brede interpretatie van VN-resolutie 1973 door de NAVO zouden de rebellen niet eens in buurt van Tripoli zijn gekomen. Intussen zet de NAVO haar acties voort en wordt er weer geroepen om een VN-vredesmacht. Deze boots-on-the-ground klinken beter dan een invasiemacht. Ze betekenen echter ook internationale verantwoordelijkheid op de lange termijn. Wie wil en kan daar aan mee doen?

Krijn Schramade is freelance onderzoeker & journalist.