Het hardnekkigste aankoeksel sinds het gloren der gristenheid is de Erfzonde. De laatste grote illusie waarvan wij ons bevrijd wanen is de Schuld.
Hoe dat zit? Nu, dat zit zo. Omdat die gekke proto-aap Adam zich zo nodig aan de duivelsappel verlustigen moest is het ultieme gebod- te weten: Gij zult onwetend zijn- met voeten getreden. In het verlengde daarvan torsen wij, de mensen, die schuld nog altijd plaatsvervangend met ons mee. Maar de Here zij geprezen! Gelukkig was daar de timmermanszoon uit Nazareth die omstreeks 30 na Christus zo goed was om die schuld op Zijn schouders te nemen (om die vervolgens middels de kruisiging af te tikken bij Zijn Vader, die er op Zijn beurt trouwens wel even bij had mogen zeggen dat de schuld onverminderd open bleef staan, mét rente- maar ik bemoei niet..).
Afijn, de kwestie was zo hoog opgelopen dat de Duitse filosoof Nietzsche er aan te pas moest komen om God dood te verklaren. Nadat de 20ste eeuw zich als een stomdronken Russische soldaat op de laatste restjes afgezworen onschuld had geworpen, zou je denken dat het dan eindelijk gedaan was met de idee van de erfzonde. Niets is minder waar. De kerk levert geen half werk af, blijkt maar weer, want het zondebesef is er met geen bijtzuur af te schragen. Schuld, daar gaat het om! Schuld, dat schuift!
Zwiep, zwiept de zweep, begeleid door die paapse schuldbelijdenis het Confiteor, waarin wij lezen:
Ik belijd voor de almachtige God,
en voor u allen,
dat ik gezondigd heb,
in woord en gedachte,
in doen en laten,
door mijn schuld, door mijn schuld,
(de gelovigen kloppen zich driemaal op de borst) door mijn grote schuld.
Hoewel de kitschkatholieke meuk er inmiddels wel is afgeblazen door de rottende adem van opeenvolgende generaties vroomzingende misdienaren, is die niet in staat gebleken om de mens te scheiden van 2000 jaar aanklevende schuld. Want wat blijkt: dit door-mijn-schuld-door-mijn-grote-schuld-zelfkastijdingsmechanisme werkt overal in door, tot in de meest triviale tribaliteiten. Neem dat rare racismedebat bijvoorbeeld (dat geen debat is maar een diagnose van de nationale geestesgesteldheid), onlangs nog prachtig geïllustreerd met dank aan dat opstootje tussen Voetbal Inside boegbeeld Johan Derksen en gecertificeerd nagelstyliste Sylvana Simons. ROFLOL.
En wat zei hij nu helemaal? Alleen maar dat een geëxalteerde Sylvana Simons een ondraaglijk ding is om aan te gluren, vooral nu ons nationale verongelijktheidsduracelkonijntje “trots als een aapje” aan het jubelen is geslagen, en dat terwijl ze druk bezig was om ons die, pak ‘m beet, vijf eeuwen koloniaal kutverleden aan te rekenen alsmede ’s-lands Heldencanon met een kwetspincet te ontdoen van alle Koloniale Kopstukken. Een recept voor reuring als ik er ooit een zag, met een houdbaarheidsdatum qua nieuwswaarde die nog korter is dan die van een pak biologische geitenmelk. Om maar aan te geven hoe hardnekkig dat doorwerkt, schuld en schaamte, en hoe kluchtig dat eruit ziet wanneer die wordt uitgevochten op ons kleine nationale rancunetoneeltje. Niet dat het Derksen ook maar één moment aan zijn antirevolutionaire reet zal roesten (hij is De Dagelijkse Standaard niet!). Je zou kunnen zeggen: alweer zo’n incidentje dat wegsmelt in de hoogovens van de voortschrijdende tijd, ware het niet dat de schuld nog altijd niet is ingelost.
Hebben we ons eindelijk ontworsteld aan de schuld van de Kruisiging des Heren, wordt ons door milieugekkies alweer een nieuwe zonde in de schoenen geschoven (wel netjes aangepast naar deze tijd natuurlijk, want ook de kerk moet met de tijd mee), ditmaal de tenlastelegging van Gaya-gangrape.
Ik snap, die moet ik even uitleggen. Meteorologische genieën van het KNMI verzekeren ons dat de verandering van het klimaat, door mensen veroorzaakt immers, hoog op de beleidsagenda moet worden gezet, althans als wij prijs stellen op onze zuurstofvoorziening. Het milieu als ultieme schuldkatalysator- dat wil zeggen niet het milieu als zodanig maar de obsessie ermee- en dat terwijl het klimaat gedurende de gehele geologische en klimatologische geschiedenis van de aarde, niettegenstaande de zon, eigenlijk altijd heel constant is geweest. Totdat die schuldigste aller schuldigen (lees: wij) het in de botte kop haalde om kolen te gaan scheppen en in trabantjes rond te gaan rijden enzo. Toen werd er plots verandering waarneembaar in het klimaat- en tja, dat is natuurlijk vragen om tornado’s. U merkt, de zweep knalt er lustig op los. Zodra het weerbericht doet denken aan het Confiteor, kun je er donder op zeggen dat er weldra aflaten worden opgehaald. Niet door de kerkbroeders- en zusters van weleer, maar door de belastingdienst die op last van de rijksoverheid met de mand rondgaat (u treft deze genoegzaam aan op uw jaarlijkse stroom- en gasrekening onder het kopje “energiebelasting”).
Als ik dan toch schuld aan het stapelen ben, kan ik de vertegenwoordigers van de parelbarende geluksmachine genaamd islam natuurlijk niet onbesproken laten- althans de reactie vanuit de witte goegemeente jegens de met pure liefde volgezogen salafistenbaardjes die bomgordels omgespen en tot ontploffing brengen tot een kunst hebben verheven. Onze schuld uiteraard. Hadden ondernemingsgezinde aristocraten in de 18e en 19e eeuw de koloniale buit maar niet moeten verdelen langs grenzen die ze zelf hebben getekend; hadden die zionistische zwijnen met hun Amerikaans-imperialistische speeltjes maar niet in de zandbak lopen sodemieteren, dan was alles peis en vree; hadden we bovendien die puike profeet maar niet met onze goddeloze spot overladen, en ons bovendien wat toleranter opgesteld jegens die één of twee mensvijandelijke trekjes in die voor het overige hartstikke gezellige mysterieleer, dan waren de baarden op voorhand tot bedaren gebracht.
U merkt wel. Wij moderne westerlingen hebben de schuldenlast nog niet van ons afgeworpen, “nog lange niet”, zoals wij dat in Veghel zeggen. Nietzsche’s doodverklaring van het opperwezen lijkt een filosofische vorm van vroegtijdige ejaculatie. Vergeet postmoderniteit. We zijn nog niet eens goed en wel door de moderniteit heen.
Nu goed, laten we onszelf niet meer horendol maken dan strikt noodzakelijk, er hangt al genoeg loodzwaar schuld op onze schouders. Verbrijzeld tussen het door den paap ingeramde schuldbewustzijn enerzijds, en door de zon van westers verlichtingsdenken beschenen vrijheidszin anderzijds, kan de westerse mens momenteel niks anders dan wat verveeld rondhangen in het halfduister, een soort morele BDSM, inclusief bijbehorende zweepjes, touwen, klemmen en al die andere martelwerktuigen die de zondaar ter beschikking staan om zich aan zijn schuld te herinneren.