“Geachte heer/mevrouw,
Graag wil ik met jullie de waanzin delen van de milieuzone.
Afgelopen zaterdag had ik een cursus in Montfoort en na afloop daarvan besloot ik binnendoor naar Barneveld te rijden. Tijdens de rit kwam ik door Utrecht, het spoorwegknooppunt van Nederland.
Hoewel ik ermee bekend was, zag ik bij het binnenrijden van de stad de borden omtrent de milieuzones die Utrecht kent staan. De gemeente Utrecht meent, om de gezondheid van haar burgers te beschermen, dat dieselvoertuigen van voor 2001 de binnenstad niet meer in mogen. Hoewel ik dat in beginsel begrijp, heb ik mij daar tijdens mijn reis ook over verbaasd.
In Utrecht is het zo dat als je de stad in rijdt, je door een wirwar aan straten moet wurmen die aan elk uiteinde zijn versierd met verkeerslampjes. En toeval of niet, die verkeerslampjes staan altijd op rood. In Utrecht betekent dat: ‘Wachten tot het lampje op groen springt, pakweg 100 meter rijden, en je staat voor het volgende rode verkeerslampje te koekeloeren’.
En daar ontstaat iets vreemds. In haar grootheidswaanzin, waarin men meent de burger te moeten beschermen, heeft de lokale overheid besloten om dieselvoertuigen niet meer toe te staan, maar ondertussen staat de hele stad vol stilstaande automobielen voor rode verkeerslampjes, die ondertussen uitlaatgassen uitstoten die diezelfde burger schade berokkent.
Ik heb een iets jongere auto en mijn motor slaat automatisch af zodra er niet meer gereden wordt. Goed voor het milieu zou je zeggen, maar in de praktijk betekent dat ook dat het voertuig elke keer weer de motor moet starten en dus weer moet wegrijden. En daar schuilt nou precies het probleem. Juist startende en optrekkende motorvoertuigen stoten veel fijnstof uit.
Zou het niet veel logischer zijn als de gemeente Utrecht zorgt dat het verkeer door kan rijden, danwel zorgt dat het verkeer helemaal weg blijft uit de binnenstad. Als het gemeentebestuur werkelijk zo begaan zou zijn met haar inwoners, dan zou dat immers een veel betere oplossing zijn.
Aangezien gemeenten vaak niet uitblinken in de beste oplossingen wil ik er wel wat aandragen:
– Creëer een volledig autovrij centrum. Daar wordt de kwaliteit van de buitenlucht veel beter van en de binnenstad wordt bovendien veel veiliger.
– Maak de binnenstad minder aantrekkelijk voor toeristen. Dan blijven de toeristen weg, wat weer een besparing oplevert aangaande de vervoersbewegingen.
– Bouw parkeergarages om tot grote fietsenstallingen. De fietsen staan droog en het is bovendien wat eenvoudiger te beveiligen. Daarmee kweek je ook goede wil omdat het aantal fietsendiefstallen zal afnemen. Bovendien blijven de straten verschoond van rondslingerende fietsen.
– Bevoorraad bedrijven in de autovrije zone met bakfietsen en/of ‘paard en wagen’. Daarmee ontstaat enorm veel werkgelegenheid, ook voor mensen zonder opleiding. Goed om mensen uit de bijstand te trekken, want fietsen op een bakfiets kan iedereen. En nee, daarmee keer je niet terug naar de middeleeuwen, want bakfietsen bestonden er in die tijd nog niet.
Daarmee bereid je de stad voor op de toekomst waarbij je uitgaat van de groene kracht van mens en dier. Op die manier wordt er ook nog eens een goede en sterke bijdrage geleverd aan het behalen van de milieudoelstellingen zoals die in het ‘verdrag van Parijs’ zijn besproken.
Met vriendelijke groet,
Naam bij redactie bekend.”