“Geert Wilders houdt zich wel aan de afspraken van de gedoogcoalitie, maar niet aan de fatsoensnormen.” Deze stelling kon de afgelopen week uit de mond van vrijwel ieder CDA Kamerlid worden opgetekend. En terecht. Het is goed dat er in ieder geval één partij zich bekommert om het aanzien van de politiek. Fatsoen zit dan ook in het DNA van elke rechtgeaarde christendemocraat. Het gaat zelfs zo ver dat de adjudante van Jack de Vries plus driekwart van Ruud Lubbers’ secretaresses het fatsoen inmiddels ook door de aderen hebben stromen, maar dat terzijde. Neem nou Camiel Eurlings, hij is nauwelijks een jaar gestopt als actief CDA-politicus of de hoeksteen met als titel ‘gezin’ begint al af te brokkelen. Ja, lieve lezers, zonder de reinigende invloed van het Christen-Democratisch Appèl was Nederland haar fatsoen al lang en breed kwijt geraakt. In dat kader wil ik graag een lans breken voor Mirjam Sterk.
Kinderen op een schoolplein
Mirjam Sterk deed de afgelopen dagen haar naam eer aan en liep stad en land af om krachtig afstand te nemen van het onfatsoen dat vorige week in de Tweede Kamer ten toon werd gespreid. “Het moet weer over de inhoud gaan”, was haar devies. De bedrijfsmossel van het CDA greep werkelijk iedere mogelijkheid aan om haar pleidooi voor een meer inhoudelijk debat wereldkundig te maken. De terminologie van de Grote Geblondeerde Gedoger beviel haar niet. En dat de premier zijn ambt door zo een extremist liet besmeuren, kon ook haar goedkeuring niet wegdragen.
Mirjam Sterk omschreef het gedrag van premier en gedoger als dat van kinderen op een schoolplein. Daarmee wist zij op fraaie wijze de term ‘kleuter’ te vermijden, dat zou zeer ongepast zijn geweest. Mirjam Sterk houdt namelijk wel van een stevig debat, maar niet van de scheldpartijen waartoe eikels als Rutte en Wilders zich verlagen.
Gezonde democratie
Ik heb mevrouw Sterk de afgelopen dagen meermaals aan het woord gehoord. Hoe vaak ik ook zapte, telkens weer kon ik met instemming naar het pleidooi van de CDA-politica luisteren. Dagenlang hoorde ik: “We moeten het weer over de inhoud hebben. Door het onfatsoenlijke optreden van sommigen is er enkel aandacht voor de vorm en dat moeten we niet willen in een gezonde democratie.” Ik viel uitgeput in slaap en droomde heel naar. Ik hoorde de interviewer zeggen:
“Juist! Laten we het hebben over de inhoud… Mevrouw Sterk? Gaat uw gang hoor. De inhoud alstublieft! Nee, niet weer beginnen over hoe we die inhoud het best vorm kunnen geven. Mevrouw Sterk, wilt u alstublieft ophouden met die verwijten en gewoon uw eigen verhaal vertellen? Mevrouw Sterk, waar gaat u heen? Mevrouw Sterk…? Mirjam?