Het kabinet geeft voor 6,5 miljoen euro extra noodhulp aan de bevolking in Noord-Irak. Dat heeft minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) woensdag bekendgemaakt. Het grootste deel van de hulp, 5 miljoen euro, is bestemd voor het Rode Kruis. Voor het ruimen van mijnen wordt 1,5 miljoen is beschikbaar gesteld.
De nieuwe noodhulp is voor de bevolking in het noorden van Irak. Die is op de vlucht geslagen voor de opmars van terreurorganisatie Islamitische Staat (IS). Via zusterorganisaties in Koerdistan en Irak zal het Rode Kruis ontheemden voorzien van onder meer dekens, jerrycans en kookplaten.
Ook medische hulp en het beschermen van kwetsbare groepen als gedetineerden, vluchtelingen en vrouwen behoren tot de taken van de hulpverleners.
De 1,5 miljoen euro voor het opruimen van mijnen gaat naar de Mines Advisory Group (MAG) uit Groot-Brittannië en het Belgische Handicap International. IS heeft in de bevrijde gebieden in Noord-Irak op grote schaal mijnen, bermbommen en andere zware munitie achtergelaten. ,,Nu ze daar zijn weggetrokken, wil de bevolking terug naar huis. Dat is logisch, maar ook levensgevaarlijk. Daarom is het zaak het terrein daar snel mijnvrij te maken en tegelijkertijd de bevolking bewust te maken van de grote risico’s”, aldus minister Ploumen.
Nederland heeft tot nu toe ongeveer 8 miljoen euro beschikbaar gesteld voor noodhulp aan Noord-Irak.
ANP