Nou nou, het kan niet op. Huidig minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson zou voornemens zijn partij te ontdoen van zittend premier Theresa May; hij zou een ‘coup‘ willen plegen, de macht willen grijpen; een duistere intrigant die, als je de berichtgevingen moet geloven, de godganse dag als een soort 21ste eeuwse Richard Neville complotten zit uit te broeden teneinde de belegerde premier te ontzetten en zichzelf te installeren als supreme commander. Kort daarop kwam het bericht dat Bojo pleidooien voor een machtsovername vanuit partijgenoten had weggewuifd met het dringende advies aan hen zich volledig achter May te scharen. Conflicterende berichten over de hele linie dus, waarin sommigen dan weer een geraffineerde verdeel-en-heers strategie ontwaren.
Alles dat slecht, verfoeilijk en verderfelijk is wordt niettemin zonder enige vorm van feitelijkheid in de schoenen van ole Boris geschoven, op zowel links als rechts. Zo wist The Sun te melden dat Bojo tijdens zijn burgemeesterschap de steunen aan London Bridge had verwijderd (want lelijk) waardoor slachtoffers van de recente terreuraanslag in de Engelse hoofdstad niet de nodige houvast hadden om het vege lijf te redden. Bojo’s schuld moet u weten. Je ziet hem als het ware eigenhandig de steunen van de London Bridge eraf jassen, hopende dat geradicaliseerde confucianisten van de gelegenheid gebruik maken om een bestelbusje in een mensenmassa te rijden, en vervolgens meisjes in de nek te steken, want iedereen weet dat het verwijderen van steunen aan bruggen in feite gelijkstaat aan een open uitnodiging aan haatparels die weer eens te diep in de vrede hebben gekeken.
Voorgenoemde berichtgeving wordt te doen gebruikelijk getrouw gepapegaaid door overijverige sneltikkers bij de Volkskrant en andere tabloids ter vooral linkerzijde. Dáár zou de ombudsman (V) zich eens over moeten buigen, ik bedoel de neiging der trolwerken om hun respectievelijke spiegelpublicaties overzees klakkeloos na te apen, maar goed: die heeft het te druk met Thierry-bashen en linkse haatpublicaties in haar courant de hand boven het hoofd houden.
Alsof de ontwikkelingen in het Verenigd Koninkrijk niet al spannend genoeg zijn, heeft Nigel Farage gisteren zijn terugkeer in de Britse politiek aangekondigd. De reden laat zich raden: volgens sommigen is Brexit met het verlies van een Tory-meerderheid in het parlement in gevaar gekomen. Niet als het aan de voormalige UKIP-voorman ligt; die laat zich nog liever besnuffelen door een stronken Juncker dan dat hij lijdzaam moet toekijken hoe zijn nalatenschap wordt verkwanseld vanwege partijpolitiek gekonkel op Westminster.
Ondertussen lijkt de strijd verre van geslecht. Kneusjes benadrukken Boris Johnsons afhoudende bewegingen ter ondersteuning van het idee, de waan, dat Johnson definitief bakzeil zou halen, want kneusjes denken niet na en hebben Johnsons Churchill-biografie niet gelezen (want kneusjes). Natuurlijk maant hij partijgenoten tot kalmte. Natuurlijk doet hij dat. Johnson is geen ordinaire revolutionair, zoals linksleunende agitatoren beweren. Noch is hij gebaat bij een verdeelde partij in dit stadium, zoals Tory-intriganten nu suggereren. Hij schaart zich- oh de genialiteit!- volmondig achter May, en zal dat ook blijven doen totdat de druk op May onhoudbaar wordt en hem vanuit de eigen partij knielend wordt gevraagd om de partij, en dus het land, aan te voeren. En zelfs dán zal hij nog afhouden, let maar op. Pas wanneer May de Bojo zélf aandraagt als opvolger, m.a.w. wanneer de rode loper voor hem wordt uitgerold, zal hij schoorvoetend de sleutel van Downing Street 10 accepteren, en dan nog met het grootst mogelijke vertoon van tegenzin.