De politie gebruikt inderdaad zogeheten spyware om op afstand binnen te dringen in computers. Dit heeft minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) bevestigd in een brief aan de Tweede Kamer, schrijft de Volkskrant.
Volgens Opstelten mag de politie de computersystemen binnentreden en vervolgens gegevensbestanden in beslag nemen. Dat is gebeurd ‘in een aantal strafzaken waarin het ging om zeer ernstige feiten’. Opstelten schrijft dat in antwoord op vragen van SP-Kamerlid Sharon Gesthuizen.
Aanleiding is de onthulling in augustus dit jaar dat de Nederlandse politie het spionageprogramma FinFisher zou gebruiken. In augustus werd de producent van deze software, Gamma International, nog door activisten gehackt. Uit de buitgemaakte bestanden bleek dat de Landelijke Eenheid van de politie één van de klanten van het bedrijf is. Ook in Bahrein wordt FinFisher gebruikt, daar dient het programma vooral om dissidenten in de gaten te houden.
Deskundigen plaatsen in de krant hun vraagtekens bij de werkwijze. Ze stellen dat de wet te veel wordt opgerekt. Bert-Jaap Koops, hoogleraar regulering van technologie aan de Universiteit van Tilburg, noemt het gebruik van de software ‘een erg creatieve’ interpretatie van het bewuste artikel 125i van het Wetboek van Strafvordering.
