DEN HAAG (ANP) – De overheid moet zich bij de aanpak van cybercriminaliteit meer richten op preventie. Zo kunnen verplichte beveiligingsstandaarden software, smart-tv’s en andere digitale producten veiliger maken. Toezichthouders moeten cyberrisico’s vooraf opsporen en zich niet beperken tot het onderzoeken van incidenten achteraf. Deze aanbevelingen doet het Centraal Planbureau (CPB) in de 'Risicorapportage Cyberveiligheid Economie’.
Volgens het CPB zouden inlichtingendiensten een noodplan moeten hebben voor als informatie over softwarekwetsbaarheden uitlekt. Ook in de zorg kan beter worden nagedacht over cyberdreigingen. Bij een lek kunnen persoonlijke en medische gegevens van talloze Nederlanders op straat komen te liggen. Ook maken aanvallen met gijzelvirussen medische apparatuur en databases tijdelijk onbruikbaar. Het is daarom raadzaam dat zorgverleners informatie uitsluitend delen via een goed beveiligde publieke infrastructuur, zoals het Landelijk Schakelpunt (LSP), aldus het planbureau.
In 2016 kwam een op de negen Nederlanders in aanraking met cybercriminaliteit. Omdat cybercriminelen vaak vanuit het buitenland werken, hun technieken voortdurend vernieuwen en veel slachtoffers geen aangifte doen, is de pakkans laag.