It ain’t over till the fat lady sings. Als Krupps Dikke Bertha ‘zong’ wás het snel over. Zeker als ze met haar zusters meerstemmig kweelde. Voor veel Belgen in de forten rond Luik, Namen en Antwerpen kwam het eind spoedig nadat Dikke Bertha in 1914 haar eerste decibels uitkraamde. Op een aantal nieuwere forten van gewapend beton rond Verdun na, waren de meeste Franse versterkingen ook niet tegen de tot 820 kilo wegende granaten uit Bertha’s 42 centimeter metende mond bestand. Die ‘Dikke’ bijnaam zat Bertha overigens behoorlijk dwars. Bertha, compleet: Bertha Krupp von Bohlen und Halbach, was de vrouw van directeur Gustav Krupp, waar de monsterhouwitser naar genoemd zou zijn. En, zij was helemaal niet dik! Zo had ze meer reden tot klagen.
Bertha was van nature niet dik. Wel werd ze dik als Gustav haar zwanger maakte. Wat hij acht keer deed. Knap vervelend als je bedenkt dat Gustav niet eens háár keuze was, maar een van keizer Wilhelm. Zij was de Krupp, en de kolen- en staalgigant was háár erfenis. Gustav heette Gustav von Bohlen und Halbach. Hij voegde echter de naam Krupp toe na het gearrangeerde huwelijk om de leiding van het bedrijf over te nemen. Dat mocht Frau Bertha Krupp niet als vrouw zijnde. Tot zover het leed van Frau Krupp. Terug naar die Dikke.
Hoewel het lang de benaming was van al het grove geschut, mogen alleen de twaalf gebouwde L/12 (looplengte 12 kalibers lang) 42 centimeter M-Gerät houwitsers zich Dikke Bertha noemen. Het Bertha geschut werd afgeleid van het soms kanon, soms houwitser en soms mortier genoemde 42 centimeter Gamma-Gerät -aka- 42 centimeter kurze Marinekanone L/16. Deze 150 ton metende Gamma-kolossen werden in tien delen per spoor vervoerd om ter plaatse als Bettungsgeschütz te worden opgebouwd. Er werden tien Gamma-Geräts vervaardigd waarvan de eerste in 1909 gereed kwam. Het gebrek aan mobiliteit gaf aanleiding tot het verzoek aan Krupp om iets mobielers te bouwen. Wat Bertha werd.
Bertha kreeg een rollend onderstel met een kortere L/12 loop. Zo slonk ze af tot 43 ton, maar bleef desondanks ‘Dikke’ heten. Deelbaar in vijf segmenten kreeg ze achter door Krupp en Daimler ontworpen tractoren mobiliteit op de weg. Kon Gamma tot 1160 kilo wegende granaten verschieten, Bertha’s zwaarste wogen 820 kilo. Eveneens afkomstig uit het Gamma-assortiment. Ze werden door Bertha met een mondingssnelheid van 400 m/sec tot 12.5 kilometer ver geschoten. Verschoten door Gamma’s haalden ze 14.2 kilometer.
Grootste overmaat, de 80 cm granaten van Schwerer Gustav (foto: wiki, upload van Megapixie)
Toen het Duitse tournee in augustus 1914 begon waren er twee Bertha’s en vier Gamma’s gereed. Samen vormden ze de Kurze Marine Kanone Batterie No. 3. Op 12 augustus hadden Belgen in Fort Pontisse bij Luik de twijfelachtige eer om de eersten te zijn die met Bertha en Gamma kennismaakten. Fort Loncin, het tweede doelwit uit de twaalf rond Luik liggende forten, vloog deels in de lucht na een Bertha- of Gamma treffer in de munitiemagazijnen, waarbij veel Belgen sneuvelden. Zij liggen er nog zoals ze vielen, in het fort dat hun graf werd. Waar Bertha haar reputatie mee ‘verdiende’.
Schwerer Gustav model in Overloon Museum (foto: wiki, upload van Scargill)
Na Luik waren Namen en Antwerpen aan de beurt, en kregen ook de Noord-Franse forten het met Bertha en Gamma aan de stok. De forten bij Verdun bleken in 1916 beter bestand tegen Bertha’s geweld, hoewel de bemanning van Fort Vaux er tot overgave mee werd gedwongen. Na Verdun was Bertha’s rol min of meer uitgespeeld. Bertha’s korte dracht, wat haar binnen bereik van vijandelijke artillerie bracht, was de voornaamste reden. Hoewel er vermoedelijk twee WOI overleefden, is er geen bewaard gebleven. Van de Gamma zusters overleefden er wel een. Zij liet in de Tweede Wereldoorlog onder meer bij Sebastopol op de Krim weer van zich horen. Daar kwamen ook de twee grootste ooit in actie. De Schwerer Gustavs. Toch blijft Bertha voor de dikste staan.
(Meer Dikke Bertha’s bij wiki hier en wiki daar)
(Titelfoto: Dikke Bertha model in Musée de l’Armée, upload van Rama)