Bijna 25 jaar na de val van de Berlijnse Muur tobt de linkse partij Die Linke met haar houding ten opzichte van de DDR. SPD en Groenen eisen dat de partij een verklaring onderschrijft waarin het vroegere communistische Oost-Duitsland een “onrechtsstaat” wordt genoemd. Dat is de prijs voor een coalitie die voor het eerst een politicus van Die Linke tot deelstaatpremier moet maken.
Die Linke is voortgekomen uit de SED, de communistische staatspartij van de DDR.
Tijdens een partijcongres van Die Linke in de deelstaat Thüringen verdedigde voorzitster Susanne Hennig-Wellsow de verklaring zaterdag. “Onrechtsstaat” zou alleen betrekking hebben op het gebrek aan vrije verkiezingen en de willekeur van de regering.
Die Linke heeft niet haar ziel verkocht om aan de macht te komen, maar een compromis gesloten om tot een ander beleid te komen, aldus de politica.
De rood-rood-groene coalitie moet de CDU van bondskanselier Angela Merkel van het pluche verdrijven in Thüringen.
Met name oudere leden van Die Linke, die de DDR nog bewust hebben meegemaakt, hebben moeite met de onrechtsstaat-formulering.
Zij wijzen erop dat ook kinderen uit arme families konden studeren, dat iedereen een vaste baan en een woning had. “Als de DDR een onrechtsstaat was, was ik zelf een onrechtsmens, en dat wil ik echt niet”, aldus een van hen.
Ondanks het feit dat in deze heilstaat, waar alles volgens de socialistische ideologie ‘eerlijk werd verdeeld’ (‘solidariteit’: veel meer voor de leiders en veel minder voor het volk), arme kinderen konden studeren en iedereen een ‘huis’ (een appartement in een grijze flat in een grauwe wijk) en ‘baan’ (een zware onderbtaalde geestdodende baan in een fabriek zonder uitzicht op doorgroei of carriere) had, was er geen vrijheid, geen democratie, geen vrije verkiezingen, ging men gebukt onder totaaldictatuur, nam de welvaart af in plaats van toe en was er nooit sprake van modernisering.
Inclusief een angst- en initmidatiecultuur, een totale surveillancestaat, censuur en geen vrijheid van meningsuiting, geen keuzevrijheid en snoeiharde repressie en uiteraard schendingen van mensenrechten.
Waarom het dan nu nóg moeilijk is om gewoon terecht te spreken van een ‘onrechtstaat’ (feit!) blijft een groot mysterie.
Anp/TPO