Het Openbaar Ministerie heeft zeven extra officieren van justitie aangesteld om jihadverdachten aan te pakken. Momenteel lopen er dertig onderzoeken tegen zestig Nederlandse verdachten, aldus OM-baas Herman Bolhaar in een interview met De Telegraaf.
Bolhaar zegt dat de dossiers zich opstapelen. Daarom worden de extra officieren ingezet. Twee officieren van justitie zullen aan de slag gaan bij het Landelijk Parket; dat is het OM-onderdeel dat zich bezighoudt met de bestrijding van nationale en internationale georganiseerde criminaliteit.
De andere vijf gaan werken in Den Haag, Rotterdam, Amsterdam, Utrecht en Arnhem. Daar wonen de meeste Nederlandse jihadverdachten. Het Openbaar Ministerie houdt deze mensen samen met de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) in de gaten.
De twee instanties overleggen veel met elkaar. “Je kan bijna spreken van een online relatie tussen het Landelijk Parket, de AIVD en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid”, zo zegt Bolhaar tegen de krant.
Onderscheid
De OM-baas zegt dat er bij de jihadverdachten wel een onderscheid moet worden gemaakt tussen de zware gevallen en de meelopers. “De eerste categorie trakteer je op zware onderzoeken en zo nodig zware straffen, maar mensen die je nog binnenboord kan houden, bied je hulpverlening zoals deradicaliseringsprogramma’s of hulp bij het voorkomen van schoolverzuim.”
Ook weet hij te melden blij te zijn met Marokkaanse ouders die een netwerk van vertrouwenspersonen hebben opgezet met wie informatie over radicaliserende jongeren kan worden gedeeld.
