DEN HAAG (ANP) – De Nederlandse inlichtingendiensten verstoren jaarlijks een ,,substantieel’’ aantal pogingen om aan kennis en materialen voor massavernietigingswapens te komen. Bedrijven en kennisinstituten zijn zich onvoldoende bewust van het risico dat landen als Noord-Korea en Iran ook in Nederland kunnen 'winkelen’.
Dat zegt directeur Onno Eichelsheim van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst MIVD in een interview met het ANP. De gezamenlijke eenheid Unit Contraproliferatie (UCP) van de MIVD en de AIVD houdt zich bezig met het tegengaan van de verspreiding van massavernietigingswapens en doet onderzoek naar heimelijke programma’s in risicolanden.
Hoe vaak de UCP aanschafpogingen verijdelt, zegt Eichelsheim niet. Dat kan iets verraden over de capaciteit van de eenheid, waarover hij alleen kwijt wil dat er ,,tientallen’’ mensen werken. Wel zegt hij dat naar het ministerie van Buitenlandse Zaken ieder jaar tientallen ambtsberichten gaan om bijvoorbeeld een exportvergunning tegen te houden.
Landen van zorg
Nederland is volgens hem een van de technologisch hoogwaardige landen waar ,,landen van zorg'' als Iran, Pakistan en Syrië naar kijken voor kennis en materialen. ,,Het is bijna een supermarkt voor landen die dit soort wapens willen ontwikkelen. Ze zoeken niet eens per se naar het meest dure of hoogwaardige product, want dat valt vaak op’’, aldus de MIVD-directeur. ,,De methode is dat ze niet alleen het A-merk kiezen maar ook het huismerk, want dat valt minder op.’’
Dat maakt dat niet alleen kennisinstituten zoals TNO interessant kunnen zijn, maar ook een mkb-bedrijf dat kogellagers, hoogwaardige gyro’s of hittebestendige materialen maakt. ,,Zo’n onderdeel zou je zomaar terug kunnen zien in een ballistische raket van Iran’’. Ook een land als Noord-Korea is buiten de landsgrenzen op zoek naar dit soort rakettechnologie.
Bewustzijn
Volgens hem is het bewustzijn van bedrijven dat hun producten kunnen bijdragen aan de productie van massavernietigingswapens ,,te laag''. Eichelsheim vindt het een probleem van grote én kleine bedrijven. Maar ,,het mkb is natuurlijk kwetsbaarder omdat het zich misschien minder bewust is van de problematiek. Grote bedrijven zijn ook makkelijker benaderbaar door ons."
Landen, of terreurgroepen, gaan bijna altijd schuil achter een tussenbedrijf of agent. Dat kan een farmaceutisch coverbedrijf zijn dat aan chemicaliën probeert te komen. Of een tussenpersoon die drones bestelt voor de Verenigde Arabische Emiraten, maar die in werkelijkheid bestemd zijn voor IS, dat er misschien wel chemische wapens onder wil hangen.
Dekmantels
Volgens de directeur zijn er ondanks deze dekmantels signalen die iets kunnen verraden over de eindgebruiker. ,,Als je een klant hebt die een miljoen wil betalen voor chemicaliën waar je op de Europese markt eigenlijk maar 500.000 voor krijgt, dan moet er eigenlijk een lampje gaan branden’’.
Ook een ongebruikelijk leveradres of moeizaam telefonisch contact met de koper zijn volgens hem aanwijzingen. Deze worden ook zo veel mogelijk met bedrijven gedeeld. Eichelsheim hoopt dat bedrijven de MIVD of AIVD bellen als zij dit soort signalen opmerken. Hij roept bovendien op om ervoor te zorgen dat één medewerker of student nooit toegang heeft tot alle informatie in een organisatie.
De kans op proliferatie is volgens de MIVD-baas aanzienlijk. ,,Het risico op proliferatie groeit door mondialisering, open grenzen en digitalisering en doordat sommige landen per se massavernietigingswapens en ballistische raketten willen hebben."