Het einde van het jaar nadert. En dan is het tijd om eens terug te kijken. Wie gingen er afgelopen jaar dood? Werden er baby’s van bekende Nederlanders geboren? Wie speelde het beste voetbal van het jaar? Lijstjes worden opgesteld. De meeste goals. De minste goals tegen. De beste voetballer. De sportman van het jaar. De sportvrouw van het jaar. En om met mensen als Balkenende te spreken is het einde van het jaar bij uitstek de maand van bezinning en reflectie. Dat laatste dus. Want het grootste ongelijk van het jaar is een feit. Mijn ongelijk.
Doodsteek
De tijden waren roerig in De Kuip. Belangrijke spelers als Fer en Wijnaldum liepen weg. Die zagen elders in het land de mogelijkheden om zich als speler te ontwikkelen. Logisch. Want Feyenoord was op sterven na dood. Fans kwamen in opstand en eisten de hoofden van de verantwoordelijken. En als klap op de vuurpijl werd Mario Been weggestemd. Een doodsteek in de rug was dat. Want als een zeer getalenteerde topcoach als hij die mensen niet aan het voetballen kreeg dan was voetbal een onmogelijkheid in De Kuip.
Toen kwam Ronald Koeman. Benaderd door die nieuwe technisch directeur Martin van Geel die ook geen enkele verstand van de materie had kwamen de stadionbewoners van de regen in de drup. Want nogmaals. Als Been het niet kon, kan helemaal niemand dat. Nadat alle voors en tegens ampel waren overwogen kon het niet anders. Feyenoord zou in het linker rijtje eindigen en degradatievoetbal spelen.
Spiegel
Goede en slechte wedstrijden wisselden elkaar af. Maar gek genoeg haalde Feyenoord punten. Men ging bij Ajax op bezoek en speelde zowaar niet terecht gelijk. Fans waren dol van vreugde en wachtten de spelers op om hen te vergasten op een heuse taart. PSV kwam langs en werd door Feyenoord gedecideerd aan de kant gezet. Gisteren nog. FC Twente werd één helft lang volledig van de mat gespeeld. De tweede helft was minder, maar de royale marge van drie doelpunten die Feyenoord in de eerste helft had opgebouwd bleek voldoende.
Tijd dus om in de spiegel te kijken. Diep adem te halen. Mezelf recht in het gezicht kijken. En zeggen. “Engel, godzijdank heb je die ene keer dit jaar ongelijk gehad. Eén keer. Het grootste ongelijk van het jaar”. Dat kost enige moeite, maar zijn het niet de grote mannen die kunnen toegeven dat ze ongelijk hebben. Dat zijn het. En als Feyenoord volgend jaar op de Coolsingel staat en de Kampioenschaal aan een dol geworden menigte toont is alles weer vergeten. Ook het grootste ongelijk van het jaar.