De nationale politie mag een vrouwelijk agent niet “zonder meer” verbieden een hoofddoek te dragen in combinatie met haar politie-uniform. Dat oordeelde het ‘kangeroo-court‘ College voor de Rechten van de Mens in Utrecht maandag. Het betreft een niet-bindende uitspraak, je zou kunnen zeggen een ‘advies’. Of gewoon wat het is: non-juridische bemoeizucht met rechtstatelijke, grondwettelijke aangelegenheden waar ze hun etalage mee vol hangen, maar niets van mogen verkopen. Hun advies is ook in strijd met jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie en het gelijkheidsbeginsel. Alles in de hoop wellicht dat useful idiots er toch mee vandoor gaan. Die angst is niet ongegrond inmiddels.
Volgens het ‘College’ is sprake van discriminatie en heeft de politie met het argument van ‘neutraliteit en uniformiteit van lichaamsbedekking’ niet voldoende onderbouwd waarom de hoofddoek niet is toegestaan. Voor het ‘College’ was dit argument echter wel voldoende om hun eigen verhaaltje rond te krijgen. Dat luidt als volgt. Omdat de agente ‘alleen in videoverbinding met burgers in contact staat en burgers haar vaak niet kunnen zien’ is de “neutrale” uitstraling en “haar veiligheid” niet in geding.
Ik moet nu even in een papieren zakje blazen. De enige die hier nu discrimineert is het ‘College’ zelf, door mensen met religieuze symbolen in feite in de bezemkast te zetten, afgeschermd van het straat- en baliewerk. Ter bevordering van een parallelle samenleving waarin de keuze voor de hoofddoek, of de baan die je wilt, juist moeilijker wordt. Andere moslima’s met ambities zullen onder druk van hun familie en sociale omgeving nog minder makkelijk hun hoofddoek afdoen. Hij mag immers op blijven in de bezemkast! En: de overheid zegt het ook. Dat is niet ‘rechtvaardig’, of ‘gelijk’, maar: islamisering. Het is de opmaat tot hoofddoeken in alle functies.
De politie zag het goed, die wilde nou juist met behoud van neutraliteit voor iedereen (gelijkheid) niét discrimineren, maar het College doet dat alsnog voor ze. Ondersteboven-wereld. En “haar veiligheid is niet in het geding”? Je kunt er wel wat islamofobie-confetti doorheen gooien maar dit is helemaal niet de issue hier.
Op de website van het ‘College’ heb ik me – met papieren zakje – nog door hun ‘strategische plan 2016-1019’ heengewerkt. Want wat is hun legitimatie? Dit blijkt (met zoveel woorden) VN-resolutie 48/134 te zijn. Zo staat er:
Maatschappij-breed ‘onderwijzen’ van mensenrechten in de strijd tegen ‘vooral raciale discriminatie’ met ‘gebruikmaking van alle media-organen’ dus. En omdat we nu weten dat volgens de Nederlandse rechtbank islam ook een ‘ras’ is (en islamkritiek daarmee ‘racisme’), voel je de bui, ik bedoel de regenboog van gelijkheid voor iedereen, al hangen.
Bepaalde mensenrechten voortrekken op anderen mensenrechten haalt het hele principe van mensenrechten onderuit. Het heeft alleen maar nut als je overkoepelende afwegingen maakt tussen botsende rechten, zoals bijvoorbeeld vrijheid van meningsuiting en vrijheid van religie, rekening houdend met gezaghebbende juridische bronnen en nationaal recht. Zonder die werkwijze en legitimatie ben je een sneu activisten-clubje.
Deze rechtsstaat onwaardige flauwekul is een ideologisch zandtaartje in vergelijking met het Europese Hof van Justitie, die expliciet heeft besloten dat ‘neutraliteit (van een werkgever, red.) een legitiem doel is’. Het Hof besloot in maart 2017 inzake de Belgische Samira Achbita en de Franse Asma Bougnaoui (twee vrouwen die ontslagen waren door hun werkgever vanwege het dragen van een hoofddoek) dat er van discriminatie geen sprake was. Maar we kunnen vaststellen dat discriminatie een veel te duur woord is voor het ‘College’.