De financiering van een video van hoofddoekagente Sarah Izat betekent niet dat Stichting Democratie en Media (SDM) haar actie steunt, zegt directeur Nienke Venema. De stichting beweert dat zij neutraal staat in de uitkomst van de zaak. Een overzicht van de SDM-betrokkenheid bij de hoofddoekkwestie laat zien dat deze bewering zeer twijfelachtig is.
“Stichting Democratie en Media [SDM] laat gelukkig zijn ware aard zien. Samen met de Moslimbroederschap een islamistische agenda uitdragen.” Zo reageerde columniste Annabel Nanninga, sinds kort lijsttrekker in Amsterdam voor het Forum voor Democratie, gisteren op een blog, waarin ik de financiering door SDM – een mediastichting die zichzelf beschouwt als de geestelijke erfgenaam van verzetskrant Het Parool – van een video van hoofddoekagente Sarah Izat onthulde.
SDM-directeur Nienke Venema reageerde boos. “Ik hoop dat u de absurditeit van deze beschuldiging zelf ook kunt inzien. In een sterke democratische rechtsstaat waarin vrijheid en mensenrechten worden geborgen, past een stevige discussie over dit onderwerp.”
Ondergetekende ontving een protestmail van Venema, vanwege een passage waarin ik stelde dat SDM de facto een lobby van de politieke islam ondersteunt door de video van Izat te betalen. Venema: “Het ondersteunen van een discussie over of politieagenten wel of geen hoofddoek zouden moeten kunnen dragen in Nederland en hoe dit zich verhoudt tot de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden van individuen in onze samenleving, is iets heel anders dan het ondersteunen van een ‘lobby van de politieke Islam’. Daarmee hebben wij, in tegenstelling tot wat u beweert op uw blog, niets van doen. Wij richten ons op het hooghouden van de democratische rechtsstaat.”
De facto is een Latijnse uitdrukking die “in feite” of “in de praktijk” betekent. Natuurlijk hebben Venema en SDM-programmamanager Maartje Eigeman geen werkvergadering belegd over de vraag “hoe kunnen we de Moslimbroederschap ondersteunen?” In mijn blogs over deze zaak stel ik slechts vast dat meer ruimte scheppen voor de hoofddoek in de seculiere Westerse samenleving en het hameren op vermeende “islamofobie” twee belangrijke actiepunten zijn van islamistische stromingen. Daarnaast heb ik geschreven dat organisaties van de Moslimbroeders een hoofdrol spelen in de Europese lobby rond de hoofddoek op het werk. Door op te trekken met deze groepen ondersteunt SDM in de praktijk een aantal belangrijke doelen van de Moslimbroederschap in Europa.
Helemaal onhoudbaar is Venema’s bewering dat het SDM alleen maar te doen is om de maatschappelijke discussie en dat “SDM zelf neutraal staat tegenover de uitkomst van de zaak”. Het hieronder volgende overzicht laat zien dat deze stelling volstrekt ongeloofwaardig is.
December 2016: SDM begint in samenwerking met de Open Society Foundations (OSF) van miljardair George Soros een subsidieprogramma tegen moslimdiscriminatie. Programmamanager is Maartje Eigeman, tot dat moment consultant voor Nederland en Zweden voor het Open Society Initiative for Europe (OSIFE). OSF heeft eerder allerlei anti-islamofobie initiatieven van de Moslimbroeders in Europa ondersteund. Op grond van gegevens afkomstig uit OSF-jaarverslagen hebben critici becijferd dat er vanaf 2011 1,4 miljard euro subsidie is gegaan naar deze beweging. Veel van de gesteunde organisaties komen terug in het overzicht hieronder.
5-8 februari 2017: OSF belegt in Barcelona een “Trans-Atlantische” bijeenkomst om initiatieven tegen islamofobie te bespreken. De opvallendste deelneemster is de Amerikaanse Linda Sarsour, organisatrice van een massale vrouwenmars tegen president Trump.
Een vooraanstaande deelneemster is Julie Pascoët, senior policy officer van het European Network Against Racism (ENAR), een antiracistische koepelorganisatie waarin de Moslimbroeders een grote invloed uitoefenen. Pascoët is volgens het Belgische Staatsblad secretaris van een islamitisch centrum in Verviers (CECIV) van de Moslimbroederschap. Zij was voorheen werkzaam voor Islamic Relief en de Europese jongerenkoepel FEMYSO, allebei eveneens Moslimbroederschap.
In Barcelona aanwezig is ook Hajar el Jahidi, “advocacy coordinator” van het European Forum of Muslim Women (EFOMW), de vrouwenafdeling van de Moslimbroederschap in Europa.
Ook de anti-islamofobie collectieven in Frankrijk en België (CCIF en CCIB), beiden verbonden met de Moslimbroeders, zijn van de partij in Barcelona. De Nederlandse delegatie bestaat uit Marianne Vorthoren van de Rotterdamse moskeekoepel SPIOR en Sandra Doevendans namens de islamitische vrouwenvereniging Al-Nisa. Uit nadere bestudering van het fotomateriaal blijkt echter dat SDM-programmamanager Eigeman eveneens deelnam aan deze vergadering.
Na afloop ging het hele gezelschap op de foto met Sarsour, die in opspraak is gekomen door de sharia te verdedigen en vrouwvijandige opmerkingen te maken aan het adres van Ayaan Hirsi Ali. “Sharia Sarsour” lijkt me daarom de allerlaatste om in te schakelen bij de verdediging van de open democratische samenleving tegen totalitaire tendensen, maar OSF en SDM denken daar kennelijk anders over.
14 maart 2017: Het Europees Hof van Justitie (EHJ) doet een lang verwachte uitspraak over de hoofddoek op de werkplek. Een Belgische en een Franse vrouw hadden een procedure aangespannen omdat ze wegens het dragen van een hoofddoek waren ontslagen. Het EHJ stelt de werkgevers in het gelijk, maar schrijft tegelijkertijd voor dat de hoofddoek alleen mag worden geweerd als dit duidelijk is bepaald en gemotiveerd in het bedrijfsreglement.
De uitspraak is een zware teleurstelling voor organisaties van de Moslimbroederschap. Ze beginnen een campagne tegen de “Muslim Women Ban”. ENAR Europe geeft een protestverklaring uit tegen de uitspraak. Deze wordt mede ondertekend door FEMYSO, EFOMW, CCIF, CCIB, SPIOR, Al-Nisa, de Belgische organisatie Baas Over Eigen Hoofd (BOEH) en de Nederlandse organisaties Emcemo en Meld Islamofobie. In Nederland schrijven Vorthoren en Doevendans een opiniestuk aan de vooravond van de uitspraak, en geven op de radio commentaar op de beslissing.
16 mei 2017: Het Amsterdam Centre for European Law and Governance (ACELG), een instituut van de Universiteit van Amsterdam (UvA), belegt een “legal expert meeting” naar aanleiding van de uitspraak van het Europese Hof. Volgens de aankondiging wordt de juridische brainstorm tevens belegd door het feministische Clara Wichmann Proefprocessenfonds en het Open Society Justice Initiave (OSJI). Uit de papieren uitnodiging blijkt dat ook SDM bij de organisatie is betrokken. Gezien het voorgaande lijkt het vrijwel zeker dat Eigeman hier aanwezig was.
Op de agenda staat ook een Nederlandse rechterlijke uitspraak uit 2016, waarin een moslima in het ongelijk werd gesteld, die met hoofddoek op als griffier wilde werken. Volgens de ACELG-uitnodiging gaat het tijdens de legal expert meeting bovendien over de mogelijkheid om nieuwe rechtszaken aan te spannen.
Op de sprekerslijst staan twee vertegenwoordigers van organisaties die de ENAR-verklaring van 14 maart hebben ondertekend. Het gaat om Julie Pascoët en haar landgenote Maryam H’Madoun (OSJI en BOEH). De bijeenkomst wordt ook bezocht door iemand van Al-Nisa. Pascoët prijst het goede werk van Al-Nisa. Aanwezig is verder Ali Agayev, bestuurslid van de Rotterdamse islampartij Nida.
22 mei 2017: Naar aanleiding van een door hoofdcommissaris Pieter-Jaap Aalbersberg gelanceerd proefballonnetje, gaat een Amsterdamse agente alvast met een hoofddoek onder haar uniform demonstratief de straat op. Zij krijgt morele steun van het PvdA-raadslid Sofyan Mbarki en van Al-Nisa-voorzitter Esmaa Alariachi. Enkele dagen daarvoor al reageerde Nida-partijleider Nourdin el Ouali zeer positief op het voorstel van Aalbersberg.
26 mei 2017: Een Rotterdamse agente wendt zich tot het College voor de Rechten van de Mens. Zij voelt zich gediscrimineerd omdat ze geen hoofddoek mag dragen in combinatie met het uniform.
17 oktober 2017: Het College van de Rechten van de Mens behandelt de klachten van de agente. Een dag later komt het nieuws over haar zaak in de media. Op 19 oktober bestrijdt Nida het standpunt van Leefbaar-wethouder Joost Eerdmans dat de politie een neutrale uitstraling moet hebben. El Ouali zegt dat de klaagster een bekende is van zijn partij.
9 november 2017: De Rotterdamse agente maakt zich via een Volkskrant-interview bekend als Sarah Izat. Uit de Nida-website blijkt dat zij inderdaad betrokken is geweest bij een partijactiviteit.
5 november 2017: Izat plaatst een video over haar motieven op de Facebook-pagina Diversiteit in Eenheid. Op 21 november vertelt directeur Venema desgevraagd dat SDM een financiële bijdrage heeft gegeven voor deze video. In haar mail over de subsidie zegt Venema dat SDM “zich niet vereenzelvigt” met de standpunten die in het hoofddoekdebat aan de orde komen. “SDM staat neutraal tegenover de uitkomst van de zaak.” Het zou het alleen maar gaan om een fundamentele discussie over rechten en vrijheden.
Al bijna een jaar trekt SDM zeer nauw op met personen en organisaties, die werken aan de toelating van de hoofddoek op het werk, ook in overheidsfuncties waarin dat nu nog wordt verboden vanwege de neutraliteit van het gezag. Dezelfde organisaties, voor een deel verbonden met de Moslimbroeders, zijn tevens zeer actief in de bestrijding van vermeende “islamofobie”. De verantwoordelijke SDM-programmamanager bezoekt en organiseert conferenties waar de deelnemers bespreken hoe ze het in bepaalde sectoren geldende, door rechterlijke uitspraken bekrachtigde hoofddoekverbod alsnog ongedaan kunnen maken.
Van de zogenaamde neutraliteit van Stichting Democratie en Media in deze kwestie geloof ik geen zier. Bovenstaand overzicht geeft aan dat mijn ongeloof op harde feiten is gebaseerd.
Dit artikel verscheen eerder op het weblog van de auteur.