Het nieuwe kabinet is het er al over eens, de verouderde WIV (stamt uit 2002) moet vernieuwd worden. Echter, steken meer dan 300.000 bezorgde burgers hier een stokje voor. Hierdoor zal er op 21 maart een raadgevend referendum plaatsvinden. Maar hebben zij zich werkelijk verdiept in de noodzaak van deze wet?
Vanaf één mei 2018 krijgen de AIVD (Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) en MIVD (Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) modernere bevoegdheden om meer soorten gegevens op grotere schaal af te kunnen tappen. De wijzigingen in de hiervoor bestemde WIV (Wet op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten) zorgen ervoor dat deze inlichtingendiensten internetverkeer kunnen onderscheppen en vooraf, tijdens en achteraf controles kunnen uitvoeren.
Hiervoor moeten de inlichtingendiensten wel kunnen aantonen dat het ‘aftappen’ van deze informatie noodzakelijk is, wat getoetst zal moeten worden door de minister van Binnenlandse Zaken en de TIB (Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden). Daarnaast is voor het daadwerkelijk lezen van deze informatie nogmaals toestemming nodig.
Vijf studenten van de universiteit van Amsterdam hebben als reactie hierop een maatschappelijke discussie op gang gebracht en geprobeerd een referendum aan te vragen. De initiatiefnemers hadden minder dan twee weken de tijd om 300.000 handtekeningen te verzamelen en dit aantal diende vóór 16 oktober 2017 behaald te zijn. De aanvraag kwam moeilijk op gang, maar na wat aandacht van het satirische nieuwsprogramma Zondag Met Lubach kwamen er snel en veel handtekeningen binnen. Op 1 november heeft de Kiesraad bekend gemaakt dat er voldoende geldige verzoeken zijn binnengekomen voor het houden van het referendum.
Voor meer dan 300.000 mensen schijnt privacy dus belangrijker te zijn dan met behulp van persoonsgegevens, aanslagen te voorkomen. Dan rest ons de vraag wat de mening van deze mensen zou zijn, als met deze verzamelde persoonlijke gegevens van telefoon-, e-mail en internetverkeer, een grote aanslag in hun naaste omgeving voorkomen had kunnen worden.
In het verleden was Nederland al één van de allerlaatste Europese landen die überhaupt over een buitenlandse inlichtingendienst kon beschikken. Met de huidige gang van zaken lijkt Nederland wederom spuit elf te worden. Bovendien kunnen we van een wonder spreken dat, met de huidige verouderde WIV, ons land nog één van de weinige landen is waar nog géén terroristische aanslag is gepleegd. De kaart van terroristische aanslagen in West-Europa is als een ingekleurde kleurplaat met alleen Nederland nog blanco.
Onder de tegenstanders heerst voornamelijk angst betreffende misbruik van data en de periode (drie jaar) van het opslaan van de data. Eveneens heerst er veel boosheid over het zogenaamde ‘sleepnet’: het op grote schaal binnenslepen van data. Echter zal alle data die verzameld wordt nooit openbaar gemaakt worden en tevens offline, goed beveiligd, bewaard worden. Verder lijkt het opslaan gedurende drie jaar een onnodig lange periode maar ook dit is geen dag te lang. Het opzetten van een extremistisch terreurnetwerk en het plannen van een bloedige aanslag gebeurt immers ook niet binnen één week. Tot slot wordt het argument dat informatie van iedere onschuldige burger als bijvangst verzameld wordt met het sleepnet door het nieuwe regeerakkoord al ontkracht: “Van het sleepnet kan, mag en zal geen sprake zijn“.
Referenda worden gekenmerkt door informatieproblemen en een referendum is vaak ingewikkelder dan simpelweg ja of nee. Burgers hebben weinig behoefte om zich te verdiepen in dat éne onderwerp. De hele discussie omtrent inlichtingendiensten, digitale oorlog en het voorkomen van jihadistische aanslagen is een ongelooflijk ingewikkelde kwestie. Desondanks lijken velen duizenden zich, op basis van wat satirische media aandacht, tegen de nieuwe WIV te verzetten. Laten we hopen, voor onze veiligheid, dat Nederland zich verdiept en vóór de ‘’sleepwet’’ stemt.