CDA Kamerlid Hanke Bruins Slot wil dat minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) ‘infrastructurele knelpunten’ voor militair transport in kaart brengt en een overzicht daarvan naar de Tweede Kamer stuurt. Commandant der Strijdkrachten Rob Bauer waarschuwde naar nu blijkt vorige maand dat de huidige Nederlandse infrastructuur zich niet meer leent voor het verplaatsen van zwaar militair materieel. “Dat gaat ten koste van de snelheid waarmee troepen kunnen verplaatsen en is daarom een potentieel risico voor onze nationale veiligheid”, zei de hoogste militair op een congres van Rijkswaterstaat en verschillende vervoersorganisaties. Kort samengevat: “Geen brug is tegenwoordig nog berekend op het dragen van een tank.”
Bauer waarschuwde dat bij de aanleg van wegen en het spoor te weinig wordt gekeken of en hoe Defensie daarvan gebruik kan maken. Bauer:
“Weginfrastructuren en kunstwerken als bruggen zijn al lang niet meer gedimensioneerd op het verplaatsen van zwaar materieel. Geen brug is tegenwoordig nog berekend op het dragen van een tank. Voor transport van zwaar materieel ben je daarom aangewezen op het spoor. Maar spoorinfrastructuur is door privatiseringen versnipperd en daardoor zelden terstond beschikbaar. Je bent als defensie een partij tussen de vele partijen, of je het nu leuk vindt of niet. Dat gaat ten koste van de snelheid waarmee troepen kunnen verplaatsen en is daarom een potentieel risico voor onze nationale veiligheid.”
Bruins Slot wil ook weten of de Rotterdamse haven voldoende is toegerust voor de aanvoer van grote hoeveelheden zwaar militair materieel naar het Europese vasteland. De christen-democrate vindt dat een ‘militair Schengengebied’ beter tot zijn recht komt als niet alleen technische en bureaucratische, maar ook fysieke obstakels voor grensoverschrijdend militair transport worden weggenomen. Bruins Slot wil dat Bijleveld daar werk van maakt.
Bijlevelds voorgangster Jeanine Hennis (VVD) deed afgelopen zomer in NAVO-verband een voorstel voor zo’n militair Schengengebied. Dat werd positief ontvangen door lidstaten als Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.
