Zwitsers hebben zondag in een referendum in grote meerderheid tegen de afschaffing van de omroepbijdrage gestemd. Plaatselijke media meldden dat minder dan een derde van de stemmers het voorstel om ‘de buitensporige extra belasting’ af te schaffen, hebben gesteund.
De omroepbijdrage is omgerekend 390 euro per huishouden per jaar en zorgt voor 75 procent van de inkomsten van de publieke omroep SRG/SSR. Die verzorgt in het land dat officieel viertalig is, zeven tv- en zeventien radiostations. De publieke omroep in Zwitserland is, met een budget van 1,4 miljard euro (2016), relatief duur. Per hoofd van de bevolking wordt er, behalve in Noorwegen, nergens zo veel geld voor betaald.
Het idee om het af te schaffen is niet aangeslagen. Veel Zwitsers zien de meertalige SRG niet alleen als een noodzakelijke onafhankelijke omroep, maar ook als een baken van nationale eenheid.
In het Duitstalige deel van het land woont 70 procent van de 8,4 miljoen inwoners en een aanzienlijk deel van hun omroepbijdrage gaat naar omroepen in de landsdelen waar Frans, Italiaans of Reto-Romaans wordt gesproken. Zonder de SRG zouden media uit de buurlanden dominant worden.
Ook zijn er Zwitsers bang dat ze straks aan commerciële media meer geld kwijt zijn voor het zien en horen van nieuws, sport, film en andere programma’s. De voorstanders van afschaffing hebben al aangekondigd ongeacht de uitslag actie te blijven voeren.
De Nederlandse publieke omroep wordt sinds het jaar 2000 niet meer gefinancierd door een heffing van kijk- en luistergeld. Net als in Zwitserland komt in Nederland inmiddels een kwart van het geld voor publieke media, circa 200 miljoen euro per jaar, bij adverteerders vandaan.
De overige driekwart, circa 600 miljoen euro, komt via subsidie van de overheid.
Anp/TPO