Als je een roemrucht verleden hebt, waarom zou je daar dan niet een greep uit doen? ‘Doe Maar’ heeft daarom zijn herinneringsconcerten, TV-programma ‘Andere Tijden’ dankt zijn bestaansrecht er aan te danken en Opel presenteert nu de Insignia GSI.
Als we even terugkeren naar de vorige eeuw, dan zien we opeens zo midden jaren tachtig patser-Kadetten en -Manta’s rijden, getooid met het label GSI. Snelle Opeltjes bleven deze toevoeging houden tot het jaar 2007. Een decennium verder plakt het Duitse merk opeens weer de term ‘GSI’ op de kont van een Insignia. Een werkpaard wordt met een nieuwe naam niet opeens een renpaard. Daarom ging de Insignia met name op het technisch vlak hard op de pijnbank. De vering werd nog eens flink aangetrokken. Een slimme Duitse ingenieur verzon het zogenaamde FlexRide-onderstel, waarmee instellingen van schokdempers en besturing in een fractie van een seconde kunnen worden aangepast aan de omstandigheden. Onder de motorkuip schuilt een diesel van 280 PK of een benzinevariant van twintig PK’s minder.
Wij mochten de auto uitproberen in de Provence, waarbij stille grinterige boerenweggetjes nog overheersen, maar waar zomers voor je neus opeens zomaar een Nederlander opdoemt met een sleurhut achter zich, op zoek naar zijn droomcamping. Dan ben je heel blij dat de auto inderdaad uit zichzelf grip biedt, snel stilstaat met zijn Brembo-remmen en net zo fijntjes stuurt zoals een hofdame aan haar glas nipt. Ook op het asfalt staat deze auto zijn mannetje. Thuis, in die Heimat, blijkt de Insignia GSi na een ronde op de legendarische Nürburgring maar liefst twaalf seconden sneller dan de OPC, de vorige Insignia met race-DNA.
Binnen in de GSI treffen we nog een ander kunststukje: de stoelen. Want dat de zittingen de billen in de watten leggen, daar zijn de Duitse Opel-technici van overtuigd. Tijdens de persconferentie smeten zij een half uur lang met ‘wirdo’-termen zoals AGR-gecertificeerd, instelbare zijwangen, inwendige luchtkussens, koningscobra. Beide voorstoelen blijken daarnaast te zijn voorzien van ventilatie, verwarming en massagefunctie. Wij zijn korter van stof. Die stoelen die zitten inderdaad heel lekker. Daarnaast biedt een sportieve sedan zoals deze veel bagageruimte. Eventueel kan de achterbank worden ingeklapt en blijkt de achterklep, na enig oefenen weliswaar, met een simpele schopbeweging onder de achterbumper te openen zonder de auto met de handen te hoeven aanraken.
Ook bijzonder is de prijs. Voor zo’n 64.000 euro mag je jezelf eigenaar noemen. Is dat veel geld? Zoiets is heel persoonlijk bij een auto zoals deze. Bij een herinneringsconcert voor Doe Maar tasten de échte fans ook graag diep in de buidel om Ernst-Jansz en Henny Vrienten een avondje te zien spelen.