Opinie

Lili en Howick: aftermath

10-09-2018 17:43

Wie het nieuws een beetje volgt kan tot de conclusie komen dat over de zaak Lili en Howick inmiddels alles wel zo’n beetje gezegd en geschreven is. Maar dat is buiten de aftermath gerekend. En die is niet mis. Aan de beslissing om deze kinderen een verblijfsvergunning te verlenen hebben twee elementen ten grondslag gelegen die niet ongemerkt mogen blijven.

De eerste is de bedreigingen aan het adres van staatssecretaris Mark Harbers. Er rijst de gerede vraag of er toegegeven is aan deze bedreigingen. Met andere woorden: of de verblijfsstatus was toegekend indien die bedreigingen niet geuit zouden zijn. De merkwaardige U-bocht van de staatssecretaris doet het ergste vermoeden. Als de beslissing in lijn was geweest van zijn eerdere opstelling dan was deze geloofwaardig. Ik wil dat mijn volksvertegenwoordiging inzage krijgt in de specifieke bedreigingen om zelf een inschatting te kunnen maken van of beïnvloeding aan de orde kan zijn geweest.

‘Discretionaire bevoegdheid kan geen fiat inhouden voor ‘het is zaterdag, ik doe maar wat’

Maar bijzondere gebeurtenissen behoeven een bijzondere verklaring. De draai van de staatssecretaris is zo’n bijzondere gebeurtenis en de verklaring die nu geuit is snijdt geen hout. Er zou volgens deze verklaring sprake zijn geweest van ‘een klopjacht op de kinderen’. Er is een beeld geschetst waarin Nederlandse burgers met hooivorken deuren hebben ingeschopt of dat wilden gaan doen. Een beeld waarin de zoektocht volledig uit de hand dreigde te lopen.

Waaruit blijkt dat? Was er aanleiding tot deze inschatting? En zo ja, wat is de verantwoordelijkheid van de politie daarin, die immers heeft opgeroepen om mee te helpen de kinderen te zoeken, in hun eigen belang?

Een tweede deel van de neergelegde verklaring is dat de moeder met zelfmoord heeft gedreigd. Dit zou betekenen dat een dreiging met zelfmoord voortaan verhoogde kans heeft te leiden tot toekenning van een verblijfsvergunning. En dat geeft alle reden te vermoeden dat het aantal zelfmoorddreigingen in de nabije toekomst gaat toenemen, wat natuurlijk volkomen onwenselijk is. Daarnaast, en misschien nog wel erger, kan het vermoeden rijzen dat bedreigingen aan het adres van bewindslieden vruchten af kunnen werpen.

Het tweede bezwaar aan de beslissing heet willekeur. De staatssecretaris heeft een discretionaire bevoegdheid. Hij mag op basis van zorgvuldige en specifieke afwegingen tot een beslissing komen. Maar dat betekent niet dat hij willekeur mag toepassen. Discretionaire bevoegdheid kan geen fiat inhouden voor ‘het is zaterdag, ik doe maar wat’. Alle gebeurtenissen tot en met zeven september hebben de staatssecretaris niet kunnen overhalen. Zijn beslissing moet dus gebaseerd zijn geweest op een gebeurtenis van acht september.

Indien er, behalve de bedreigingen, het dreigen met zelfmoord en de fictieve hooivorken die dag geen andere nieuwe feiten zijn opgedoken is er willekeur toegepast. En dat past niet in een rechtsstaat. Anderen kunnen zich immers beroepen op artikel één van onze grondwet, die ook geldt voor mensen zonder verblijfsvergunning. De beslissing van afgelopen weekend heeft wel degelijk een juridische consequentie voor andere zaken. De casus is afgedaan maar de grote zaak is in gang gezet.

Samengevat rijst al met al het beeld dat er wellicht toegegeven is aan bedreigingen en dat er daarnaast willekeur is toegepast. Beide elementen zouden niet alleen het einde van deze staatssecretaris kunnen betekenen maar ook dat van de rechtstaat en democratie zoals we die kennen. Of van wat daar nog van over was.

We zijn op een punt in de tijd beland dat de twee kinderen onomkeerbaar een verblijfsvergunning is verleend. Daarover nog één ding: we moeten daarmee leren leven. En daarmee dienen we ook de rechten en verdere privacy van deze kinderen accepteren. Het lijkt mij redelijk als alle media de foto’s van de kinderen verwijderen in de hoop dat ze zich de komende tijd wat terug kunnen trekken in de luwte. Foto’s van minderjarige kinderen die bijdragen aan verdere stigmatisering van hun toekomst horen niet in respectabele media.