De Nederlands-Chinese filmmaakster Julie Ng werkt aan een film over Chinese Nederlanders, getiteld ‘Wij zijn meer dan babi pangang‘.
Julie Ng:
“Ik groeide als kind op in het Chinees Restaurant van mijn ouders. Maar ik neem de zaak niet over. Net als vele anderen van mijn generatie. In de basis zijn dus de huidige Chinese restauranthouders degenen die het immaterieel erfgoed levend (moeten) houden en doorgeven, en de Nederlandse consument die het blijft eten en bestellen. Nu het aantal Chinese restaurants zo afneemt zien wij vanuit onze stichting de noodzaak om de aandacht hierop op houden, zodat het nooit verloren zal gaan.”
Daarom dus de aanvraag bij de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland die voor UNESCO werelderfgoed in kaart brengt: de gebakken stukjes varkensvlees in rode, zoetzure saus op een bedje van atjar moeten immaterieel cultureel erfgoed worden, vindt Ng.
Sinds het ontstaan van het gerecht, omtrent de jaren ’60, is Babi Pangang niet meer weg te denken uit de Nederlandse huishoudens. Het is een van de bekendste, zo niet hét bekendste gerecht van de lokale dorpsChinees, die dreigt te verdwijnen uit het Nederlandse straatbeeld. In 2008 telde Nederland 2.123 Chin. Ind. Restaurants en is het inmiddels teruggelopen naar 1.734. Het sluiten van deze restaurants bedreigt daarom ook het bestaan van de babi pangang.
Natuurlijk is deze oproep deel van de campagne rond de film, maar hee, zondagavond, dan willen we bord op schoot bij het voetbalkijken, nasi met cultureel erfgoed, sambal bij en kroepoek, nietwaar? Red de babi pangang!