De politie kan in de toekomst een aanvrager van een wapenvergunning ook gaan vragen naar privacygevoelige zaken zoals ras, etnische afkomst, religie en politieke overtuiging. Dat staat in een wetsvoorstel van het kabinet. In de Tweede Kamer stuit het plan op verzet, meldt de Volkskrant.
Een Europese richtlijn dwingt het kabinet tot de wijziging van de Wet wapens en munitie. De verscherpte Europese regelgeving was een reactie op terroristische aanslagen in onder meer Parijs in 2015.
Regeringspartijen CDA en D66 hebben grote moeite met het wetsvoorstel. “Wij moeten deze privacygrens niet overschrijden”, zegt D66-Kamerlid Monica den Boer in de Volkskrant. CDA’er Chris van Dam zegt zich geen situatie te kunnen voorstellen “die rechtvaardigt dat dit zo in de wet wordt opgenomen”. Ook oppositiepartij SP vindt de regels te ver gaan. De Autoriteit Persoonsgegevens is eveneens zeer kritisch, net als de Koninklijke Nederlandse Schietsport Associatie.
Risicofactoren voor wapenbezit zijn divers, schrijft minister Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) in het eind juni ingediende voorstel. Dat is de reden waarom volgens hem de politie toegang moet hebben tot privacygevoelige informatie om zo tot een beoordeling te komen of de wapenvergunning kan worden verstrekt. De persoonsgegevens kunnen volgens het voorstel tot dertig jaar worden bewaard na vernietiging van het vuurwapen.
(ANP)