Recensie

PAUL CLITEUR – It’s all in Sid; een Bas Heijne maar dan met inhoud

13-12-2018 13:46

It’s all in Plato – lees de eindhoofdstukken in Politeia er maar op na”, zegt Sid Lukkassen tegen zijn gesprekspartner Remco Valkman in Lukkassen’s nieuwe boek Kerkgangers en Zuilenbouwers  (2018). Na het boek te hebben gelezen, ben ik geneigd te zeggen: “It’s all in Sid – lees de dialogen in Kerkgangers er maar op na”. En ja, dat is overdreven. En nee, Sid is geen Socrates, geen Plato, en Kerkgangers is niet helemáál de Politeia. Maar toch. Het is wel verdraaid flitsend geschreven. Het gaat over echt filosofische vragen die ertoe doen. Lukkassen is een Nederlandse cultuurfilosoof van formaat. Wie de oorzaken van het hedendaags ongenoegen met de mainstream politiek wil begrijpen moet dit boek beslist lezen. In zeventien hoofdstukken geeft Lukkassen een presentatie van zijn cultuurkritiek waarvan we de hoofdtrekken kennen uit Avondland en identiteit (2015), De democratie en haar media (2016) en Levenslust en doodsdrift (2017). Maar dit keer ontwikkelt hij die cultuurkritiek in dialogen met lezers van zijn werk. Vandaar Plato, met name de dialogen van Plato. De cultuurkritiek van Lukkassen is scherp (vandaar de vergelijking met de Politeia), maar ook goed filosofisch onderbouwd (Socrates). Hij is somber, maar ook opstandig en hij geeft daarmee hoop. L’homme revolté, de mens in opstand. Sid in opstand, “ik verzet me, dus ik ben”.

In gesprekken met zijn fans (want zo mag je zijn gesprekspartners wel noemen) verzet Sid zich tegen de “informele leukdoenerij” in een cultuur die “te onsamenhangend is geworden om strenge eisen te kunnen stellen”. De “boel bij elkaar houden” staat in zo’n samenleving boven kennisoverdracht. Hij geeft inkijkjes in de slappe VVD-cultuur waaraan hij als gemeenteraadslid (Duiven) een tijdlang geparticipeerd heeft. “Rutte doceert een uur per week maatschappijleer op een VMBO: onder zijn leiding verandert heel Nederland in één groot VMBO”.

Lukkassen kan heel vilein schrijven. Hij is een Bas Heijne (voor de gezapigheid intrad), maar dan met inhoud. Hij geeft een beeld van politieke partijen die tegenwoordig net tennisverenigingen zijn geworden, maar dan zonder ballen en racket. Die partijen zijn er voor het netwerk, voor de gezelligheid, voor de lobby. En daar sta je dan met ballen en racket. Je vereniging is gekaapt. Wie wil tennissen moet dat bijna omzichtig introduceren want anders zeggen de mensen: “Die vent wil tennissen. Hou hem in de gaten!”. Je moet dus heel voorzichtig opereren en achteloos laten vallen “Als iemand een balletje wil slaan, dan kan dat hoor. Hoeft niet natuurlijk. Gaat tenslotte om de gezelligheid!”.

Lukkassen mijdt de zware onderwerpen niet. Hij geeft een realistisch maar niet opwekkend beeld van de feiten. Hoe ziet Europa eruit tegenwoordig? “Onrustige wijken, terreurdreiging, groeiend antisemitisme, overbevolking, een stuurloze EU, onbehagen rond Trump, steeds meer islam in de publieke ruimte en het algehele gevoel dat Nederland zijn identiteit verliest. Een Europa waarin mensen zich niet meer thuis voelen”. Wat onze politici echter laten zien is “wegkijkgedrag” en “hysterische morele verontwaardiging”.

Mooie term, hysterische verontwaardiging. Heel herkenbaar. Denk aan de criminalisering van religiekritiek waar we tegenwoordig middenin zitten. “In Duitsland leidt een tweet van AfD politici Beatrix von Storch en Alice Weidel mogelijk tot een rechtszaak, terwijl ze waarschijnlijk de gevoelens van miljoenen Duitsers vertolken.” Justitie laat zich tot instrument maken van de “hysterische morele verontwaardiging” van Social Justice Warriors. Justitie is tegenwoordig generatiejustitie (dolgedraaide babyboomers die hun waardepatroon nu via de rechterlijke macht willen afdwingen).

Een favoriet hoofdstuk van mij uit Kerkgangers en Zuilenbouwers is het vierde: “Tegen het ondergangsdenken”. Goed luisteren millenials, goed luisteren D66ertjes: Lukkassen is géén Spengler, niet depressief, niet wanhopig pessimistisch maar wel realistisch en strijdbaar. Zijn “nieuwe kerk” is ook geen poging een of ander cultuurchristelijk alternatief voor de hedendaagse beschavingscrisis aan te bieden. Hij gaat in dit hoofdstuk in op één van de meest extreme vertegenwoordigers van het (katholieke) christendom, namelijk de hispanist Robert Lemm. Lukkassen doet verslag van een discussie die hij had met Lemm over de hedendaagse culturele malaise waarbij Lemm zich liet ontvallen: “Toch zit ik niet met de islamisering. Wij zijn opgebruikt – nu komt de islam en die is vitaal. Zo ging het eerder in Byzantium en nu gaat het zo in West-Europa. Mijn kleinkinderen gaan straks naar de moskee.”

Lukkassen geeft aan wat dit betekent. Het betekent dat de gelovige katholiek Lemm liever ziet dat Europa zich tot de islam bekeert dan dat Europa blijft voortbestaan als een seculiere, liberale of humanistische mogendheid. Wat zegt ons dit over het geloof van Lemm en de zijnen? “Kennelijk gaat het hen dus niet om de intrinsieke waarheid van het geloof, maar om het geloof als middel om politiek-maatschappelijke samenhang te organiseren.” Lukkassen laat vervolgens zien dat de gevoelens van zonde, schuld en schaamte over het Europese verleden waarmee we tegenwoordig zo vaak geconfronteerd worden hun oorsprong hebben in het christendom. In Lemm vinden we een krasse en extremistische expressie van een breedgedragen gevoel in de westerse cultuur dat zeer gevaarlijk kan zijn. Het maakt ons weerloos. De masochistische wereldbeschouwing (mijn terminologie) van Lemm levert Europa en de gehele westerse wereld uit aan de barbaren. Wat Lukkassen bepleit (en hier is hij de optimist), is een wedergeboorte, een renaissance, van Europa. Niet als een teruggaan naar die decadente preoccupatie met eigen schuld, maar als herbevestiging van de vitale elementen in die cultuur.

Ter illustratie wijst Lukkassen naar de afschrikwekkende foto waarin de hedendaagse paus de voeten wast van migranten die zich hebben aangemeld bij de poorten van Europa. De paus knielde aan hun voeten. Lukkassen: “Dat Europa een islamitische identiteit aanneemt, is dus mede dankzij de christelijke autoriteiten”. De essentie van de religieuze beleving, schrijft Lukkassen (en daarmee zal ik eindigen) is een “verlangen naar zondigheid gepaard met een verlangen om te worden vergeven: een wens om te biechten, om te worden gereinigd en verlost door het erkennen van de eigen schuldige en zondige natuur”.

Ik kan alleen maar zeggen: Amen.