Jaren geleden, op een bijeenkomst van de VVD, probeerde een liberaal mij het verband uit te leggen tussen vrijheid en rijkdom. Dat deed zij door twee afbeeldingen te laten zien van de wereld. Het eerste plaatje liet ons de verdeling zien van de vrijheid, met heel vrije landen, minder vrije landen en onvrij landen. Het tweede plaatje toonde ons de verdeling van de rijkdom, met rijke landen, minder rijke landen en arme landen. Volgens de liberaal was er een duidelijk verband. Landen met veel vrijheid waren meestal rijker en landen met weinig vrijheid waren vaker armer. De conclusie liet zich nu wel raden: vrijheid zou een voorwaarde zijn voor rijkdom.
Ik heb waardering voor betogen van mensen met een andere politieke kleur, zeker als die zo aanschouwelijk worden gebracht. Maar dit verhaal vond ik niet erg bevredigend. Want stel je voor dat deze liberaal zich in de afbeeldingen zou hebben vergist en ons als eerste het plaatje met de verdeling van de rijkdom in de wereld had laten zien en pas daarna het plaatje met de verdeling van de vrijheid. Dan was de conclusie heel anders geweest. Dan hadden ze op dat symposium van de VVD moeten vaststellen dat rijkdom een voorwaarde is voor vrijheid. Welk plaatje we als eerste kiezen is geen toeval, het zegt iets over ons idee van rechtvaardigheid.
De Koning had in zijn Kersttoespraak groot gelijk, toen hij zei dat Nederland een van de beste landen is om in te leven. We zijn een rijk land en we zijn een vrij land. Maar in de ruim vijftien jaar dat ik nu rondloop op het Binnenhof heb ik ook gezien hoe die rijkdom steeds oneerlijker werd verdeeld. Ook zag ik hoe gedurende deze jaren de kansen voor jonge mensen juist minder zijn geworden. Toen ik zelf jong was kreeg ik voldoende beurs om van te kunnen studeren. In een betaalbaar huis wonen was vrij normaal en een vaste baan krijgen was de norm. Wij hoefden ons destijds ook minder zorgen te maken of we de zorg wel konden betalen of dat we ooit nog pensioen zouden krijgen.
Iemand vertelde mij laatst dat hij op de VVD stemde. Ik vroeg hem hoe hij dat toch kon betalen. Eerder had hij verteld dat hij zich dit jaar had geërgerd aan de onrechtvaardige politiek. Als je gaat studeren begint je leven met een schuld, een betaalbaar huis huren, laat staan een woning kopen is voor mensen zoals hij niet weggelegd en een vaste baan lijkt voor zijn generatie een luxe. De kosten voor de zorg zijn niet meer te betalen en de jongeman verwacht ook niet dat hij ooit een goed pensioen zal krijgen. Hij was het ook met mij eens dat de generatie van nu niet meer maar minder kansen heeft, terwijl ons land ondertussen veel rijker is geworden.
De liberale belofte dat meer vrije markt en meer eigen verantwoordelijkheid leidt tot meer welvaart voor iedereen is een sprookje gebleken. Deze opvatting van ‘vrijheid’ heeft alleen maar geleid tot meer ongelijkheid in ons land en tot meer sociale onzekerheid voor veel Nederlanders. Het is naïef om te denken dat een vrije markt leidt tot een vrije samenleving. Dat gebeurt alleen als we de rijkdom eerlijker gaan delen. Echte vrijheid begint met rechtvaardigheid. Ik zou ook wel eens afbeeldingen willen zien van landen met veel sociale zekerheid en landen waar mensen zichzelf gelukkig noemen, ik denk dat daar eerder een verband te vinden is.