Tweede Kamervoorzitter Khadija Arib heeft DENK-Kamerlid Selçuk Öztürk woensdagavond op de vingers getikt na diens harde aanval op een PVV-collega. Öztürk schermde met beschuldigingen van fraude aan het adres van PVV’er Machiel de Graaf. Een woedende De Graaf beet Öztürk vervolgens toe dat hij hem zou ‘najagen’ en ‘dan ben je van mij’.
Arib hield aan de woordenwisseling een ‘ontzettend vervelend gevoel’ over, zei ze. “Dit soort aantijgingen, ik vind dat echt heel naar.” Ze deed een beroep op de beide kemphanen en de rest van de Kamer om elkaar niet meer met persoonlijke aanvallen te bestrijden. “Het mag niet meer op deze manier. Dit is niet het niveau waarop volksvertegenwoordigers zich moeten gedragen.”
De Graaf nam zijn woorden later terug. Öztürk weigerde dat, ook al drong onder meer SP-Kamerlid Jasper van Dijk daarop aan na de ‘ongefundeerde beschuldigingen’ jegens een collega-Kamerlid. De DENK-parlementariër bleef volhouden dat hij zelf meer bijval verdient na de ‘bedreigende’ woorden van De Graaf.
Het debat ging overigens over bijstandsfraude door Turkse Nederlanders.
