“Afgelopen maandag was een dag van angst, woede en verdriet. Een dag die je nooit hoopt mee te maken.” Zo begint burgemeester Jan van Zanen vrijdagavond zijn speech aan het begin van de stille tocht die ter nagedachtenis aan de slachtoffers van het tramdrama wordt gehouden. “Nietsvermoedende en onschuldige mensen werden onder vuur genomen.”
“Nu, vier dagen later, overheersen nog altijd ongeloof en afschuw. Drie mensen vonden de dood. Twee uit Utrecht. Eén uit de gemeente Vijfheerenlanden. Twee mensen vechten nog voor hun leven. Anderen herstellen van hun verwondingen. Ooggetuigen proberen de beelden en belevenissen een plek te geven”, vat hij de gruwelijkheden samen.
“Daarom is de stad vandaag opnieuw stil. Lopen we in stilte naar het 24 Oktoberplein.” Hier nam de vermeende schutter Gökmen Tanis in een sneltram willekeurige passagiers onder vuur.
Met de tocht steunen de deelnemers de nabestaanden. ,,Om ons medeleven te tonen. En om te laten weten dat er ook in Utrecht geen plaats is voor haat en geweld.” In Utrecht vinden mensen elkaar in tijden van nood, zegt hij. ,,Laten we vandaag, maar ook morgen, elkaar vasthouden. Laten we op de bres staan voor een samenleving waarin iedere dag de stem wordt gehoord.”
Na de toespraak hield de menigte een minuut stilte in acht.
Anp