Wonderkind Colin ‘Kyteman’ Bender toverde de grote zaal van het Concertgebouw om tot een grote tintelende massa van elektronische ritmes en klanken. Jammer dat hij melodisch niets te melden had, want dat niets klonk wel erg lekker.
Colin Benders werd bekend als trompettist Kyteman, die met zijn Hiphop Orkest het publiek in alle popzalen in euforische stemming bracht met meeslepende tunes, een batterij rappers en een live orkest vol blazers. Enige nadeel: elk nummer had dezelfde opbouw, van rustig en slow naar luid en hyperenergiek. Een feestje, maar wel een voorspelbaar feestje.
De trompet blijft tegenwoordig in zijn koffer, Kyteman heeft als studiobaas van Kytopia (momenteel een loods in Den Dolder, het dorp van die notoire forensische kliniek) wel andere dingen aan zijn hoofd. Talloze muzikanten komen langs om songs op te nemen. Colin Benders zoekt het zelf in de elektronische muziek. Denk aan synthesizers, die allerlei dansachtige ritmes produceren. Het leuke aan Benders is, dat hij geen voorgeprogrammeerde shows wil brengen, maar live met enorme apparaten op het podium zijn songs ter plekke bedenkt of bestaand materiaal een live kick geeft.
Vorig jaar mocht hij proefdraaien in de kleine zaal van het Concertgebouw, dit jaar stond hij met het Electro Symphonic Orchestra II in de grote zaal. Rond de 60 speakers zorgden voor een superverfijnd klankbeeld, variërend van bassen die de vloer lieten trillen tot kleine bliepjes achter uit de zaal. Op het podium sequencers, ringmodulatoren, oscillatoren en heel veel draden, die door Benders en zijn twe assistenten werden bediend.
Ook hier de bekende Kyteman-opbouw: rustig beginnen, steeds meer elementen toevoegen en eindigen in een muzikaal orgasme. En dat bijna tien nummers en anderhalf uur lang. Eerlijk is eerlijk, de grote zaal is gericht op akoestische instrumenten, niet op met 60 speakers versterkte elektronische klanken. Toch klonk alles helder, duidelijk en fris in de oren.
Sommige mensen noemen Colin Benders al een erfgenaam van Jean Michel Jarre, zelfs van Stockhausen. Dat is toch te veel eer: harmonisch houdt Benders het simpel, de variëteit en opbouw zit hem toch vooral in alle opborrelende muzikale lijntjes. Maar als je een kleutermelodie met 50 verschillende synthesizers speelt, blijft het een kleutersong. Nergens zat een verrassende wending, alles verliep pompompom tot het einde.
Benders moet vooral doorgaan met zijn geluidsexperimenten – niemand anders weet zo’n divers publiek naar het Concertgebouw te lokken – maar laat hij proberen de luisteraar te verrassen, in plaats van te pleasen.
www.hollandfestival.nl
Fotografie: © Janiek Dam