Een 12-jarige jongen uit Den Haag mag uiteindelijk toch meedoen met de groep 8-eindmusical. In eerste instantie wilde de school hem niet op het podium hebben omdat hij gedragsproblemen zou hebben. Zijn ouders dreigden met een kort geding waardoor de school toch uiteindelijk bakzeil heeft moeten halen en de jongen alsnog in het script wordt geschreven.
Volgens vader is de jongen niet zozeer agressief of onhandelbaar maar zou hij de hele tijd ‘waarom en hoe’ vragen. Herkenbaar, want ook ik dreef mijn ouders bijna tot waanzin door bij alles ‘waarom?’ te vragen. Mijn vader had op een dag een Eureka-moment en stelde mij opeens de tegenvraag ‘waarom denk je zelf?’ Dat verwarde mij dusdanig dat ik mede daardoor misschien psychiater ben geworden.
In eerste instantie beschouwde ik de ophef over het Haagse jongetje als hilarisch en vooral hysterisch. Wees blij als je niet op een podium in de aula hoeft te zweten met vals gezongen liedjes met tenenkrommende teksten. Ik krijg nog steeds de rillingen over mijn rug als ik terugdenk aan de Gooisch gefraseerde liedjes van Kinderen voor Kinderen ‘ik heb zo waanzinnig gedroomd’ en ‘op een onbewoond eiheiheiland’. Of kon de school niet een rol verzinnen waardoor de ‘waarom en hoe’ obsessie van het jongetje gewoon in het script paste? Bijvoorbeeld door de oe-klank van het ‘hoe’ functioneel te maken als uil. Een andere optie was misschien een hedendaagse Haagse variant op Plato of een andere existentiële filosoof. Een oud laken om het 12-jarige jongenslijf, peinzende blik met hand onder de kin en ‘hoe en waarom’ mompelen op een kruk op een hoekje van het podium terwijl iedereen blèrt over ‘een tijd die nooit meer terugkomt’.
Maar blijkbaar was er geen creatieve mouw meer aan te passen en was deze treurige escalatie inclusief advocaten onvermijdbaar.
Toch kreeg ik bij nader inzien meer begrip voor de ouders en hun verbeten strijd. Het uitgesloten worden van een groep is veel traumatischer dan mensen zich vaak realiseren. In mijn praktijk heb ik regelmatig te maken met patiënten die in hun jeugd werden geconfronteerd met uitsluiting op school. We zijn nou eenmaal groepsdieren van nature en hechten sterk aan het gevoel erbij te mogen horen. Slachtoffers van uitsluiting vertellen vaak dat ze ten diepste gekwetst zijn en kunnen zich zelfs ‘minder mens’ voelen. Als je daar aanleg voor hebt, dan kan deze vorm van stress makkelijk lijden tot psychische klachten zoals depressie en angststoornissen.
Ik herinner me het verhaal van een begenadigd zanger die vreselijke last had van podiumangst. Vóór een optreden had hij het gevoel dat hij zou sterven. Door de angst had hij last van een droge keel en kon hij niet waarmaken wat de mensen van hem verwachtten. Zijn angsten hadden niets met de realiteit te maken, hij was een succesvol zanger en had alles in huis om vol vertrouwen op het podium te staan. Zijn heftige podiumangst bleek voort te komen uit een traumatische gebeurtenis in zijn jeugd. Hij vertelde dat hij als 7-jarig jongetje op schoolzwemmen zat en op de duikplank opeens diarree kreeg. Al zijn klasgenootjes die achter hem stonden zagen het gebeuren en lachten hem uit toen de ontlasting langs zijn benen droop. Hij beschreef in tranen het gevoel van toen: ik hoorde er vanaf dat moment niet meer bij. Hij was een buitenstaander geworden en werd door de groep uitgelachen en gepest. Evolutionair gezien een levensgevaarlijke situatie die het brein voor altijd opslaat als ‘groot gevaar’ met alle symptomen van dien zoals hartkloppingen, zweten en bevriezen.
De vraag is natuurlijk of het Haagse jongetje na al deze toestanden überhaupt nog bij de groep kan horen en zich veilig kan voelen.
Hopelijk leren we hiervan dat in een goed script voor iedereen een rol is weggelegd.