Journalist Huib Modderkolk moet enkele passages schrappen uit zijn boek Het is oorlog maar niemand die het ziet over de inlichtingendienst AIVD, dat volgende maand verschijnt. “De Staat heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat door publicatie daarvan een bron van de AIVD in levensgevaar kan komen”, concludeerde de rechter vrijdag na een kort geding.
De Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD) had de zaak, die achter gesloten deuren plaatsvond, aangespannen. In ‘Het is oorlog, maar niemand die het ziet’, dat over digitale spionage gaat, schrijft de onderzoeksjournalist van de Volkskrant over een operatie van de AIVD.
De auteur noemt in het boek volgens de dienst “namen van medewerkers, bronnen, operatienamen en andere informatie” waardoor hij bronnen in gevaar zou kunnen brengen. Modderkolk had al passages geschrapt op verzoek van de AIVD en vond meer niet nodig, ook omdat de operatie al achter de rug is.
Een woordvoerder van minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) laat weten dat het soms een lastige dilemma is. “De vrijheid van nieuwsgaring en journalistiek weegt zwaar, maar de bescherming van mensen die voor diensten werken ook”. Vanwege de zorgen om de veiligheid de bronnen is de zaak voorgelegd aan de rechter, aldus de woordvoerder. Het ministerie is “tevreden” over de uitspraak.
“De rechter heeft anders geoordeeld dan wij het inschatten”, stelt de hoofdredacteur van de Volkskrant Philippe Remarque. Modderkolk had in sommige passages al de schaar gezet op verzoek van de AIVD. Maar meer vond hij niet nodig, ook omdat de operatie al is afgerond. “Het is jammer dat de rechter nu zo heeft geoordeeld, dat Modderkolk minder gedetailleerd kan schrijven over de AIVD. Maar het is een goede zaak dat we in een land leven waar de geheime dienst naar de rechter moet om zoiets af te dwingen.” Modderkolks boek zou over een kleine twee maanden verschijnen. Het is nog niet gedrukt.
ANP
