Premier Mark Rutte heeft zich heel duidelijk uitgelaten over de aanslag op de vrijheid van meningsuiting: “Van onze vrijheid blijf je af”. Dat is welkome en duidelijke taal die niet mag verzanden in het inperken van onze vrijheden. Wat de gebeurtenissen raken je ziel. Het duidelijkste signaal wat je nu kunt afgeven is daadwerkelijk opkomen voor het juist dieper in onze cultuur verankeren van onze vrijheden. Mark Rutter liet ooit zien dat te kunnen toen hij de cartoonist Gregorius Nekschot van zijn bed werd gelicht. Juist hij kwam toen voor de cartoonist op.
De reflex in reactie op dit soort gebeurtenissen is vaak het inperken van vrijheden en de roep om meer bevoegdheden voor overheden. We weten dat de daders al op de radar van de Franse inlichtingendiensten waren gekomen. Net zoals dat bij Theo van Gogh het geval was. Maar in beide gevallen is niet effectief genoeg gehandeld. Voor gerichte opsporing zijn er ruime bevoegdheden.
Dan de wens van Ronald Plasterk om heel breed internet te mogen aftappen. Dergelijke wetgeving ondermijnt ook vrijheden, zoals de vrijheid van meningsuiting. Want hoe kun je als je bronnen beschermen als je continu wordt geobserveerd?
Ook het plan van Minister Opstelten om de politie toestemming te geven te mogen hacken is een bedreiging voor de vrijheid van meningsuiting. Het is ook niet nodig om terreur te bestrijden, want daar ligt de bal veelal bij de inlichtingendiensten. In de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten is die mogelijkheid al voorzien voor hele zware zaken.
Nadat Snowden onthulde dat de inlichtingendiensten inbreken op internetfora werd duidelijk dat daar de bevoegdheden zijn misbruikt. Daar is het grote bezwaar juist dat de vrijheid van meningsuiting onder druk komt te staan.
In het verleden is al duidelijk geworden dat er met de bewaarplicht verkeersgegevens niet alleen te rommelen is, maar dat het ook de vrijheid teveel inperkt. Ondertussen kan na jaren nog niet worden aangetoond dat het bijhouden van die gegevens effectief is. Dit is een nogal pijnlijk probleem als we met zulke grote dreigingen kampen.
Het ‘ik ben Charlie’ is een duidelijk signaal dat wij onze vrijheid niet laten afpakken. Dus is het zaak te voorkomen maatregelen te nemen, die zowel niet effectief zijn als onze vrijheid ondermijnen. Het zou Rutte sieren als hij het voortouw neemt om de vrijheid voorop te blijven zetten net als hij ooit bij Nekschot beloofde.
Dit kabinet kan nu nog keuzes maken om dat te waarborgen.