Ruim een maand nadat de Rijksrecherche een inval deed bij drie mensen van mijn partij Hart voor Den Haag, waaronder ikzelf, stortte mijn wereld in. Alles waar ik op dat moment als loco-burgemeester mee bezig was, was in één ochtend voorbij. Maar na vallen, moet je opstaan en waar deuren (tijdelijk) dichtgaan, gaan er weer nieuwe open. Zo word ik per direct wekelijkse columnist bij TPO en word ik vandaag weer geïnstalleerd als lid van de Haagse gemeenteraad. Daar zal ik als fractievoorzitter van de grootste partij van Den Haag waarschijnlijk leiding gaan geven aan een oppositiepartij. Iets dat geen recht doet aan de verkiezingsuitslag van 21 maart 2018, waar de kiezer massaal heeft gekozen voor nieuwe Ombudspolitiek met oog en oor voor de inwoners van de mooiste stad van Nederland. Daarom deze open brief.
Beste coalitiepartners,
Hoe mooi was het dat het ons in de zomer van 2018 gelukt is om als partijen die veel van elkaar verschillen te komen tot een evenwichtig akkoord dat recht deed aan de verkiezingsuitslag van enkele maanden daarvoor. Met Hart voor Den Haag (8 zetels), de VVD (7 zetels) en GroenLinks (5 zetels) zaten de winnaars van de verkiezingen terecht in het college. In D66, twee zetels verloren, maar met 6 zetels nog steeds een factor van belang, werd de vierde samenwerkingspartner gevonden. Het beoogde afspiegelingscollege van verkenner Hans Wiegel was een feit. Hoe anders is het nu, waar jullie met de PvdA (de grootste verliezer) en het CDA een nieuw college proberen te vormen en dus eigenlijk weer kiezen voor oude elitaire politiek waar de kiezer in 2018 juist mee had afgerekend.
Ik snap dat 1 oktober ook voor jullie in shock wakker worden was, ik snap jullie gevoel van ‘het OM valt niet zomaar bij iemand binnen’ en ik snap dat wij daar als partij iets mee moesten. Het was precies daarom dat wethouder Guernaoui en ik op die bewuste 1 oktober direct gehoor hebben gegeven aan de oproep van toenmalig burgemeester Pauline Krikke om tijdelijk terug te treden als wethouders.
Maar wat ik niet snap, waar ik zelfs boos en teleurgesteld over ben, is jullie haast om mijn partij Hart voor Den Haag en daarmee bijna 33.000 inwoners van deze stad te lozen. Want binnen 24 uur was het niet de oppositie, maar waren het jullie, onze coalitievrienden, onze matties, die een motie van wantrouwen indienden tegen wethouders die op verzoek van de burgemeester al tijdelijk teruggetreden waren. Waarom zijn jullie op de stoel van de rechter gaan zitten om verdachten al te veroordelen als schuldigen? Waarom, om recht te doen aan de verkiezingsuitslag, geen open face to face gesprek met elkaar om te zien hoe we hieruit zouden kunnen komen? Waarom een coalitieakkoord opblazen dat de stad een gevoel hoop en optimisme, en vooral vele banen, gaf? Waarom een verkenner aanstellen, zonder de grootste partij daarin te kennen of zelf het initiatief te geven?
Ondanks jullie oncollegiale strapatsen heeft mijn partij, bij monde van Arjen Dubbelaar, bij verkenner Tom de Bruijn aangegeven de verantwoordelijkheid te nemen die past bij de grootste partij, namelijke het blijven besturen van de stad. Gewoon omdat we samen prachtige plannen hebben gemaakt. Plannen die de stad verder helpen. Plannen die de stad veiliger, beter bereikbaar en economisch sterker maken. Plannen met oog voor ouderen en de allerzwaksten. Plannen met hoop en optimisme. Helaas bleef het bij één gesprek en kregen we ´njet, nada, nul’ op het rekest. Een gevaarlijke keuze die Den Haag onder curatele van de Provincie dreigt te zetten, omdat er vóór 15 november een door de gemeenteraad goedgekeurde begroting dient te liggen. Een begroting die wij met zijn vieren al helemaal pico bello in orde hadden gemaakt.
Het kan ook anders lieve vrienden. Kom met ons praten. Zoals al eerder aangegeven, zijn wij bereid om twee nieuwe wethouders te leveren, zodat het OM rustig haar onderzoek kan afronden en de stad krijgt waar zij recht op heeft, een afspiegelingscollege dat recht doet aan de verkiezingsuitslag van 21 maart 2018. De koffie staat klaar!