Politiemensen hebben tijdens de coronacrisis vaker te maken met agressie, geweld en andere overlast. Vorige week lag het aantal overlastmeldingen 55 procent hoger dan in dezelfde week vorig jaar, bevestigt de politie berichtgeving in het AD. De politie zegt ook te maken te hebben met zogenoemde coronaspugers. De politie zag deze vorm van geweld tegen politiemensen de afgelopen maanden licht toenemen. Volgens de politie heeft het coronavirus en de daaraan gerelateerde maatregelen ‘een ingrijpend effect op de maatschappij’ en daardoor dus ook op de criminaliteitscijfers.
Blijkens de weekrapportage van de politie over de gevolgen van corona steeg het aantal meldingen van burenruzie, geluidshinder, overlast van hangjongeren en vernielingen in de afgelopen week tot ruim 13.500, bijna 55 procent meer dan in dezelfde week een jaar geleden. Dat aantal was ook nog eens 3 procent hoger dan een week daarvoor.
Het geweld tegen politiemensen stabiliseert, blijkt uit cijfers die de politie dinsdag over het jaar 2019 bekendmaakte. Vorig jaar raakten 10.624 politiemensen betrokken bij geweldsincidenten die tegen hen waren gericht, een lichte afname ten opzichte van 2018 (10.781 meldingen).
Daarbij gaat het onder meer over mishandeling, inrijden met een voertuig op agenten, aanranding, belediging, spugen of een combinatie daarvan. Zo werden 51 politiemensen vorig jaar het slachtoffer van een zware mishandeling, een verdubbeling ten opzichte van 2018 (25).
Daarnaast tonen de cijfers een stijging van het geweld tegen de politie door verwarde personen. In 2018 kregen 636 politiemensen daarmee te maken, vorig jaar waren dat er 790. De politie zegt er in dat soort gevallen “in eerste aanleg alleen voor staan te staan”, terwijl dat primair een taak is voor de zorg en waarbij de politie ondersteunt.
ANP
