Onlangs maakten de actualiteitsgoden van EenVandaag bekend dat het vlak voor de Provinciale Statenverkiezingen in maart geplande debat over het politieke noodlot van Nederland niet doorgaat. De reden voor deze ingrijpende beslissing is het voornemen van premier Rutte en zijn garden gnome Diederik Samsom niet aanwezig te zijn bij dit debat. Hoofdredacteur Jan Kriek van EenVandaag stelde terecht dat Rutte “het kabinetsbeleid tot inzet” van deze verkiezingen heeft gemaakt, maar toonde vervolgens boter op het hoofd te hebben met de suggestie dat het daarom “vreemd” is dat Rutte zelf niet komt opdagen.
Dat Kriek – niet te verwarren met TPO’s eigen Hans Kriek – geen woord aan Samsom vuil maakt is logisch. Die is volstrekt irrelevant geworden en symboliseert de teloorgang van zijn partij. Wat minder logisch is de al dan niet geveinsde verbazing van Kriek over de afzegging van Rutte. Dat die bedankt is namelijk helemaal niet vreemd. Het is een typisch voorbeeld van de pragmatische kant van onze premier.
Na het debacle rondom de vrije artsenkeuze leek de Eerste Kamer weer helemaal terug van een ballingschap in de grasduinen van de politieke irrelevantie. Immers, hier was een groepje wijze oudjes dat wel even beter wist dan het kabinet wat wel en niet goed voor het land was. Het kabinet ging op de bek en het aftreden van minister Edith Schippers werd, als de reconstructies waar zijn, ternauwernood voorkomen, net als de abdicatie van Marleen Barth. Na het nodige geharrewar bleven Barth en Schippers aan en zou het kabinet een hernieuwde poging doen de vrije artsenkeuze er door te drukken. Mocht dat dan niet lukken vanwege dat vervloekte gebrek aan ruggespraak bij de senatoren dan was er altijd nog de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB), of, zoals twitteraar Jos Lubbers het noemde, de kolonelsroute.
De mogelijkheid – en wenselijkheid – van een AMvB daargelaten bleek de Eerste Kamer wel degelijk relevant voor het in de praktijk kunnen brengen van de kabinetsplannen. Dat brengt een electorale realiteit naar voren: mochten de Provinciale Statenverkiezingen ongelukkig uitpakken voor het kabinet, en daar had en heeft het toch alle schijn van, dan heeft de regering een Probleem. Deze vervelende situatie maakte het politieke dier in Mark Rutte wakker.
De afgelopen jaren heeft Rutte in veel opzichten een gebrek aan realiteitszin getoond, bijvoorbeeld waar het gaat om de onderste steen van MH17, het ooit nog terug zien van de aan Griekenland geleende euro’s, of het geloof in fractiediscipline binnen de PvdA. Met zijn politieke barometer is echter niets mis, blijkt keer op keer.
Zo ook na het fiasco in de Eerste Kamer. Wetende dat het kabinet toch al niet zo denderend gaat en dat de coalitiepartner op weg is naar de afgrond zette Rutte hoog in. De Provinciale Statenverkiezingen zijn niet direct het meest aantrekkelijke wederkerende staatsevenement. Om de kiezers – en zijn achterban – te moveren toch vooral op die gekke poppetjes in de provincie te gaan stemmen omdat die uiteindelijk bepalen hoe de senaat er uit komt te zien, gooide Rutte er uit dat dit “landelijke verkiezingen” zijn en die “raken direct ook het kabinet.”
Zo werd een frame geschapen waarin het lot van het kabinet aan de uitslag van de komende verkiezingen kwam te hangen.
Dat was achteraf gezien niet zo handig, zo besefte ook Rutte zich al vrij snel. Niet omdat de verkiezingen niet over het kabinetsbeleid gaan, want dat gaan ze natuurlijk wel. Net als andere onparlementaire verkiezingen zijn ook deze een tussentijds referendum. Wat Rutte deed was onhandig omdat hij daarmee zichzelf het middelpunt van de aandacht maakte: hij zou zelf actief campagne gaan voeren.
Laat dat nou net iets zijn wat Rutte tot dusver altijd vakkundig gemeden heeft: zichzelf onderwerp van gesprek maken. Wanneer hij nu voor de camera’s zou verschijnen in een rechtstreeks debat met zijn politieke opponenten dan zouden er zomaar een aantal hele vervelende zaken naar voren kunnen komen. Neem de inderdaad mislukte zorgwet en de bizarre kunstgrepen om deze alsnog door de Eerste Kamer te krijgen. Of diezelfde MH17, waarover nog steeds geen duidelijkheid is. Of het recente besluit van de Europese Centrale Bank om Griekse staatsobligaties niet langer als garantie voor leningen te accepteren, waardoor de kans dat we ooit nog onze centjes uit Gyrosland terugzien helemaal nihil is geworden. Of polderjihadi Omar H. die ineens zoek blijkt, of die andere koekwaus die naar verluidt zichzelf heeft opgeblazen in Irak.
Rutte zou met zijn aanwezigheid meer kwaad dan goed doen en kan beter de Provinciale Statenverkiezingen overlaten aan de provincialen. Dat weet hij en dus wijst hij EenVandaag wijselijk de deur, terwijl die arme Kriek zich maar af zit te vragen waarom. Het leven van een politiek redacteur gaat niet over rozen.