Na de hoofdstad gaat nu ook Rotterdam bekijken of er excuses moeten worden aangeboden voor het slavernijverleden. De komende tijd zal het stadsbestuur laten onderzoeken op welke wijze dit mea culpa het beste kan worden uitgesproken.
Want spreek je zo’n excuus uit namens het college? Het stadsbestuur van 400 jaar geleden? De gewone Rotterdammer? Of alleen de Rotterdammer met fout slavendrijversbloed in de aderen? Moeilijke vragen. Gelukkig laat het college zich bijstaan door onderzoekers met zuiver-wetenschappelijke standaarden in de hand.
Het is de laatste tijd erg bon ton om je te excuseren voor de slavernij. Zo plakte Rotterdam al eerder waarschuwingen bij besmet geraakte straatnamen. Ook concludeerde het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) onlangs nog dat de stad tot over de oren in de slavernij zat. Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media Arie Slob ziet dan ook de meerwaarde van een uitgesproken sorry. Huidige generaties gaan volgens hem net zo goed gebukt onder het leed dat toen is aangericht:
“(We weten) dat het voor sommigen helemaal niet zo heel ver geleden is, dat overgrootoma’s en vaders zelfs nog in zo’n situatie hebben meegemaakt. Het zijn wel diepe wonden die nog steeds echt zijn gevolgen hebben in families.”
Natuurlijk zijn er ook tegenstanders van dit plan. Mensen zoals rechtsgeleerde Afshin Ellian die menen dat officiële excuses niets oplossen. Volgens hem is het veel zinniger om iets te doen aan de slavernij die vandaag de dag nog bestaat.
“Dat de slavernij een van de meest verwerpelijke instituten was die de mensheid ooit heeft uitgevonden staat vast. Een excuus zal daar niets aan toevoegen of afnemen.”
Het spijt me: