Een beproefde tactiek van politici om van een probleem af te komen is het aankondigen van een onderzoek, liefst zonder harde deadline voor de rapportage. Het haalt druk van de ketel en door tijdsverloop lossen problemen zich dikwijls vanzelf op. Betrokkenen verdwijnen van het politieke toneel. De aandacht verslapt. Er dienen zich nieuwe kwesties aan die tijd vragen. En in het algemeen moet worden vastgesteld dat het, op enkele uitzonderingen na, de controlerende macht ontbreekt aan olifantengeheugen, pitbullmentaliteit en volhardendheid. Dat Pieter Omtzigt bejubeld wordt om deze kwaliteiten laat zien hoe treurig de vlag erbij hangt. Hij is de uitzondering, maar zou de norm moeten zijn.
Neem het JA21-Kamerlid Nicki Pouw-Verweij. Op 19 mei 2021 vuurde zij twaalf rake Kamervragen af op toenmalig VVD-minister Tamara van Ark van Medische Zorg over de mondkapjeshandel –of beter zwendel- van (ex-)CDA’er Sywert van Lienden en zijn kompanen Bernd Damme en Camille van Gestel.
Kernpunt van Pouws vragen was: waarom werd met een onervaren gloednieuwe BV van Van Lienden c.s. zaken gedaan terwijl andere, beter gekwalificeerde bedrijven achter het net visten? En hadden CDA’ers, zoals minister Hugo de Jonge, de hand in het bevoordelen van Van Lienden? Nicki Pouw wees onder meer op meerdere persoonlijke contacten van Van Lienden met de minister en diens politiek adviseur, ook een CDA’er.
Van Ark antwoordde op 1 juni 2021. Kort samengevat: alles is keurig volgens de regels van het spel verlopen en er was geen sprake van partijpolitieke bevoordeling van CDA’er Van Lienden. Toen enkele dagen later tijdens een Kamerdebat over het coronabeleid de minister niet bleek te weten dat de BV van Van Lienden 100 miljoen euro voorfinanciering had gekregen en ze ook op andere vragen geen antwoord kon geven koos Van Ark voor de beproefde truc: een onderzoek!
Op 18 juni 2021 schreef ze aan de Kamer dat het bureau Deloitte Forensic & Dispute Services BV de opdracht had gekregen uit te zoeken hoe de deal met Van Liendens Relief Goods Alliance BV tot stand was gekomen. Deadline voor het rapport: 1 september 2021. Die deadline maakte Van Ark meteen boterzacht door Deloitte de ruimte te geven de reikwijdte van het onderzoek naar eigen believen op te rekken.
Dat Deloitte deze buitenkans om maximaal te factureren niet aan zich voorbij liet gaan spreekt voor zich. Maar waarom heeft Nicki Pouw-Verweij, die in mei nog zo nijver bezig was met Kamervragen en zich duchtig roerde in het debat van 3 juni, niet de datum 1 september 2021 rood omcirkeld in haar agenda gezet en meteen aan de bel getrokken toen bleek dat Deloitte nog geen letter op papier had?
Zeker toen minister van Ark begin september opstapte en Hugo de Jonge verantwoordelijk werd voor het lopende onderzoek hadden bij haar de alarmbellen af moeten gaan. De kwestie-Van Lienden gaat immers niet alleen om het verkwanselen van honderd miljoen euro overheidsgeld aan waardeloze mondkapjes en het graaien van dertig miljoen door drie linkmiegels, maar ook over de vraag of al dan niet sprake was van politieke -lees CDA- inmenging in een zakelijke transactie van de overheid.
Niet alleen de tot nu toe bekende feiten, maar ook de zwijgzaamheid van de hele CDA-top over de voormalige partijgenoot Van Lienden, co-auteur van het geldende verkiezingsprogramma en tot voor kort een graag geziene gast op het partijkantoor, vormen aanwijzingen dat iets niet in de haak is. Dat de voorlichter van Hugo de Jonge tot twee keer toe niet reageerde op een vriendelijk verzoek om aan te geven wanneer het Deloitte-onderzoek verwacht wordt duidt ook op een gering animo om opening van zaken te geven. Zwijgen en hopen dat geen haan ooit nog kraait naar dat onderzoek lijkt de marsorder op VWS.
Begrijpelijk vanuit CDA-perspectief. Het CDA is een partij in verval. Vijf zetels nog scoren de christendemocraten in de jongste peiling van Maurice de Hond. Tot schrik en teleurstelling van de CDA-leiding is Pieter Omtzigt weer terug in de arena en hoe! Vijfentwintig zetels bedeelt De Hond de pitbull toe. Door het vileine optreden van Sigrid Kaag is het CDA Ank Bijleveld kwijtgeraakt. Geen succes als minister, maar wel een belangrijke stabiliserende factor in de partij, wier gezag op slag verdwenen is. Het onbezonnen Telegraaf-interview van Mona Keijzer kostte niet alleen haarzelf de baan, maar leverde ook een forse kaakslag op voor CDA-kopstukken Hugo de Jonge en Ferd Grapperhaus die nu op iedere straathoek in debat moeten met tegenstanders van de QR-code.
Het laatste wat het CDA kan gebruiken is een corruptieschandaal. Het Deloitte-rapport kan dat worden. Net als het verzoek aan de rechtbank Den Haag van advocaat Herman Loonstein namens vier ondernemers om Tamara van Ark, Hugo de Jonge en Sywert van Lienden onder ede te mogen horen. Zijn cliënten willen weten op grond van welke criteria zij niet in aanmerking kwamen voor levering van medische beschermingsmiddelen, terwijl ze beter gekwalificeerd waren en een beter aanbod hadden dan de BV-RGA van Van Lienden.
Was ik Kamerlid dan hadden er al lang nieuwe schriftelijke vragen op het bureau van Hugo de Jonge gelegen. Waar is Nicki Pouw-Verweij als je haar nodig hebt? Nog even wachten en iedereen is vergeten dat er ooit een Deloitte onderzoek zou komen. Dat de opleverdatum 1 september 2021 was. Dat drie linke loetjes ons honderd miljoen afhandig hebben gemaakt en daarvan dertig in eigen zak hebben gestoken. Dat Tamara van Ark begin september is afgetreden en Hugo de Jonge sindsdien de minister van Medische Zorg is.
Als informateur Remkes dezer dagen concludeert dat de formatie definitief is vastgelopen gaat alle aandacht daarna uit naar nieuwe verkiezingen. Als hij toch doorformeert gaat daar alle aandacht daarnaar uit. En kraait geen haan meer naar de beerput van de mondkapjes. Kom op Nicki, aan de slag!