Job stapt op. Terecht. Hij heeft de hooggespannen verwachtingen niet waar kunnen maken. Kwam niet tot zijn recht in de slangenkuil van de landelijke politiek en de PvdA Tweede Kamerfractie in het bijzonder. Job was een mensch, geen leider. Job was een vader waar een generaal gevraagd werd. Job is genaaid. Job is zielig. Wat ook de directe aanleiding geweest is voor zijn aftreden, de kritiek op het functioneren van the Cohen that Couldn’t is vandaag dezelfde als op het moment van aantreden in juni 2010 en is daarmee het meest constante wat de PvdA in jaren heeft voortgebracht. Fervente tegenstanders en PvdA-sympathisanten zijn het op de Twitters voor de verandering eens roerend eens en hebben eigenlijk aan drie woorden genoeg: “Zie je wel!”
Hoewel de voorbeelden van zijn gebrek aan politieke autoriteit en houterige leiderschap talrijk en evident zijn, is er hier veel meer aan de hand dan het verkeerde poppetje op de verkeerde plaats. Job Cohen werd naar voren geschoven door Wouter Bos, nog zo’n PvdA-politicus die in een rol werd gedrukt waar hij zich zelf in eerste instantie totaal niet geschikt voor achtte. Leiders tegen wil en dank. “Doe jij het nou maar want anders komt er dadelijk echt een mafkees aan de macht.” En het dan gek vinden als men niet uit de verf komt. Daarnaast is de PvdA post-Paars een absolute puinhoop. Standpunten, idealen en bondgenootschappen zijn veranderlijk als het weer, terwijl een constante stroom van kritiek van binnen en buiten de partij het nieuws domineert. Voeg daaraan toe dat de keurige Cohen ineens moest debatteren met PVV-politici die geen diersoort ongemoeid laten bij het formuleren van kleurrijke verwijten of dat elke succesje onmiddellijk werd overschreeuwd door een blunder van een partijgenoot en het is ineens begrijpelijk dat zijn vermoeide frons wel heel schril afstak naast de betonnen grijns van Rutte. Is er een man/vrouw die het beter had gedaan?
Joyce Brekelmans is benieuwd of een nieuwe leider er wel in slaagt de PvdA uit de put te trekken en hoopt op Samsom, Asscher of Spekman. Al zullen zij niet staan te springen om deze puinhoop op te ruimen.
