Terwijl de NAVO druk bezig is met uitbreiding, hield Rusland vandaag een top voor de eigen bondgenoten. De Collectieve Veiligheidsverdrag organisatie (CSTO) bestaat uit Rusland, Armenië, Kazachstan, Wit-Rusland, Tadzjikistan, en Kirgistan. De organisatie bestaat dus vooral uit Rusland, plus wat aanhankelijke ex-Sovjet staten.
De CSTO werd in 1992 opgericht als een militair bondgenootschap voor collectieve zelfverdediging, vergelijkbaar met de NAVO. Volgens het Russische persbureau TASS ondertekenden de regeringsleiders van de lidstaten vandaag enkele documenten.
In een gezamenlijke verklaring zeiden de zes landen door te willen gaan met het verstevigen van de militaire banden. In het bijzonder werd verwezen naar de Russische ”vredesmissie” die begin dit jaar een golf van protesten neersloeg in het naburige Kazachstan. De organisatie zegt dat van die ervaring geleerd moet worden, en dat coördinatie op het gebied van veiligheid versterkt moet worden.
Opvallend is ook de aanwezigheid van Armenië, dat in de afgelopen jaren ook betere relaties met het Westen na leek te streven. Als enige van de zes landen wordt het ”gedeeltelijk vrij” genoemd door Freedom House. Het land verloor in 2020 een oorlog met Azerbaijan over de Nagorno-Karabach regio. Armenië voelt nu dus de behoefte om voor de eigen veiligheid aan te schurken tegen Rusland.