Turkije blijft zich binnen de NAVO verzetten tegen toetreding van Finland en Zweden. Dit is een probleem voor de organisatie, want unanimiteit onder de bestaande leden is een vereiste voor het toelaten van nieuwe.
Turkije maakt zich vooral druk over het feit dat Zweden en Finland asiel bieden aan etnische Koerden die een onafhankelijke staat willen. Ook zouden de landen volgens Ankara aanhangers van de Gülen-beweging herbergen. Deze religieuze stroming wordt geleid door de in Amerika wonende Fethullah Gülen. Ankara ziet Gülen als de organisator van de couppoging in 2016.
Zweden en Finland weigeren volgens Ankara om mensen uit te leveren die in Turkije van terrorisme worden beschuldigd. Ook staakte Zweden in 2019 de wapenexport naar Turkije, nadat dat land het noorden van Syrië binnenviel. Die interventie moest Syrië vrijwaren van de Koerdische milities waar sommige Westerse landen juist steun aan geven, waaronder Zweden. Dit lijkt in Turkije nog niet te zijn vergeten, of vergeven.
De Turkse bezwaren komen als een onverwacht obstakel voor de uitbreiding van de NAVO. Secretaris-generaal Jens Stoltenberg had eerder voorspeld dat die toetreding juist heel snel kon gaan, als Finland en Zweden het wilden. Die landen zeggen nu allebei toe te willen treden, maar worden buiten de deur gehouden door Ankara.
Volgens Erdogan hoeven de Scandinavische landen geen moeite te doen om een delegatie naar hem te sturen voor onderhandelingen. De Finse Buitenlandminister Pekka Haavisto zegt ondertussen verrast te zijn door Turkije, maar is ook niet van plan om aan koehandel te doen.
