De vereniging voor keel- neus- en oorartsen dringt bij het kabinet aan om nieuwe wetgeving voor een geluidsgrens. Festivals en horeca moeten worden verplicht tot het verlagen van het volume. De NOS schrijft dat er de afgelopen jaren weliswaar afspraken zijn gemaakt tussen de uitgaansbranche en het ministerie van Volksgezondheid, maar dat deze volgens de artsen te vrijblijvend zijn.
Het liefst zouden de artsen een bovengrens van 100 decibel zien. Eerdere afspraken stelden nog de norm van 103 decibel, maar door het met 3 dB te verlagen, neemt de kans op gehoorschade aanzienlijk af. De grens van 103 gaat er bovendien vanuit dat mensen gehoorbescherming dragen, en dat doet lang niet iedereen.
Het is niet precies duidelijk hoeveel mensen in Nederland last hebben van oorsuizen, ook wel bekend als tinnitus. Het zou om 10 tot 20 procent van de bevolking gaan, en jongeren zouden er vaker last van hebben dan oudere generaties. Het Academisch Medisch Centrum Amsterdam schatte in 2015 dat ongeveer een kwart van de jongeren tussen 15 en 25 gehoorschade had. Die jongeren van toen zijn nu dus tussen de 22 en 32 jaar oud.
Horecaondernemers zitten echter niet op de wetgeving te wachten. Een convenant uit 2018, over de preventie van gehoorschade door sterke muziek, werd niet ondertekend door Koninklijke Horeca Nederland. Ook nu spreekt de NOS ondernemers die bang zijn voor de gevolgen van een grens van 100 decibel. Mensen die naar de club komen voor harde muziek, zouden dan wel eens weg kunnen blijven. Dan kunnen ze die muziek alsnog ergens anders opzoeken, zonder regelgeving en zonder bescherming.