Door: Jan Omvlee, TPO- In de stad New York zijn maandag twee Chinese mannen voorgeleid op verdenking van deelname in een clandestien politienetwerk. De twee, Lu Jianwang (61) en Chen Jinping (59) geheten, worden er door de FBI van verdacht een Chinees ”politiestation” te hebben gerund in het Chinatown van de metropool. Beide mannen zouden zich bezig hebben gehouden met het identificeren, bespioneren en dwarsbomen van Chinese dissidenten en activisten in de VS.
Het station in kwestie is inmiddels opgeheven, nadat het volgens de aanklagers in het begin van 2022 was opgezet.
Justitie heeft daarnaast aanklachten klaarliggen voor nog eens 34 andere mensen die voor de Volksrepubliek zouden hebben gewerkt. Deze personen bevinden zich vermoedelijk in China of andere Aziatische landen, en konden niet worden gearresteerd.
Deze tweede groep zou deel uitmaken van de ”Werkgroep Speciale Projecten 912”, waarmee de Chinese overheid probeert om de buitenlandse perceptie van het land te beïnvloeden. De werkzaamheden bestonden onder andere uit het lastigvallen van Chinese activisten, en het verstoren van online communicatie.
Een slachtoffer van de intimidatie in New York trok aan de bel bij de FBI, en vertelde verhalen over dreigende telefoontjes en berichten op sociale media. Ook was er een auto-inbraak, die mogelijk verband hield met een speech die het slachtoffer gegeven had. Deze melder was politiek actief als pro-democratieactivist, en stond in China bekend als dissident.
De gearresteerde mannen zijn inmiddels op borgtocht vrij. Lu Jianwang moest hiervoor 250.000 dollar neerleggen, en Chen Jinping 400.000 dollar. De rechter heeft beide mannen verboden om binnen een mijl van een Chinees consulaat te komen, of met andere samenzweerders te communiceren.
