(Bloomberg, 18 oktober 2023) – De Europese Centrale Bank is overgegaan naar de volgende fase van haar digitale-europroject – het voorbereiden van de uitgifte van de munt in de komende jaren, hoewel er nog geen definitieve beslissing is genomen.
De Raad van Bestuur heeft groen licht gegeven voor een “voorbereidingsfase” die in eerste instantie twee jaar zal duren, aldus de ECB woensdag in een verklaring.
In die periode zal de ECB haar reglement afronden en aanbieders selecteren om een platform en de benodigde infrastructuur te ontwikkelen.
“We moeten onze munt voorbereiden op de toekomst”, zei ECB-president Christine Lagarde. “We zien een digitale euro als een digitale vorm van contant geld die voor alle digitale betalingen kan worden gebruikt, gratis is en voldoet aan de hoogste privacynormen. Hij zou naast het fysieke geld bestaan, dat altijd beschikbaar zal zijn en niemand achterlaat.”
Nu centrale banken over de hele wereld op zoek zijn naar een digitaal alternatief voor bankbiljetten en munten, is de ECB niet de enige die virtueel geld onderzoekt. De meeste van haar wereldwijde collega’s onderzoeken het idee, waarbij meer dan de helft van de door de Bank for International Settlements onderzochte banken concrete experimenten uitvoert of werkt aan een pilot.
Artikel gaat verder na afbeelding.
De ECB startte haar project in 2021 en heeft sindsdien verschillende ontwerpkenmerken onderzocht. Hoewel er nog steeds scepsis heerst, was er weinig twijfel dat ambtenaren door zouden gaan. Ze noemen als voordelen universele acceptatie voor betalingen in het 20 landen tellende blok en het ontbreken van de volatiliteit die cryptocurrencies achtervolgt.
De ECB zei dat het starten van de voorbereidingsfase “geen beslissing is over het al dan niet uitgeven van een digitale euro”.
Parallel aan de ECB werkt de EU aan een raamwerk dat de juridische basis zal vormen en de belangrijkste elementen van het virtuele geld zou reguleren. Maar de uiteindelijke beslissing om ermee door te gaan wordt aan de centrale bank overgelaten.
Er blijven twijfels over het idee bestaan. Eind vorige maand drong een groep EU-wetgevers er bij de ECB op aan om haar beslissing over de volgende fase uit te stellen, omdat de toegevoegde waarde voor het grote publiek “onduidelijk blijft” en de implementatie onzeker is.
Fabio Panetta, het ECB-bestuurslid dat verantwoordelijk is voor de werkzaamheden, stelde dat de volgende stappen slechts meer voorbereiding inhouden, in plaats van een definitief oordeel over de lancering.
