(Tracy Withers, Bloomberg, 7 december 2023) – Banken zullen uiteindelijk hogere rentetarieven gaan opleggen aan boeren en plattelandsbedrijven die onvoldoende broeikasgasreducties realiseren, voorspelt een leidinggevende van de Rabobank.
Banken, waaronder de Rabobank, bieden al duurzaamheidsleningen aan waarbij klanten akkoord moeten gaan met bepaalde doelstellingen, waaronder uitstoot, aldus Lara Yocarini, wereldwijd hoofd van rural en food & agri bij de in Utrecht gevestigde kredietverstrekker.
“Als een klant bij ons een duurzaamheidslening heeft en die doelen ook daadwerkelijk haalt, krijgen ze inderdaad korting op hun leenrente”, zei Yocarini donderdag in een interview tijdens een bezoek aan Nieuw-Zeeland.
Voor andere klanten bestaat de huidige aanpak uit voorlichting en samenwerking om emissiereducties te bereiken, maar als ze dat niet doen, zullen ze uiteindelijk waarschijnlijk meer moeten betalen, zei ze.
Landbouw is een van de grootste bronnen van broeikasgassen die leiden tot opwarming van de aarde, waarbij stikstof uit kunstmest en methaan uit vee onder vuur liggen van klimaatactivisten die zeggen dat er te veel dieren zijn. In Nieuw-Zeeland is bijna de helft van alle uitstoot afkomstig van de landbouw.
De Rabobank heeft zich verplicht om in 2050 netto nul uit te stoten, met tussentijdse doelstellingen voor 2030. Het terugdringen van haar scope-3 emissies, die van haar klanten, zal een belangrijke drijfveer zijn om deze doelen te bereiken.
“Als bank moeten we kapitaal aanhouden afhankelijk van het risico dat onze klanten vertegenwoordigen”, aldus Yocarini.
“Naarmate we dichter bij de deadline van 2030 komen, zullen klanten die niet in staat of bereid zijn om over te stappen en hun CO2-voetafdruk te verbeteren, voor ons als bank een hoger risico vormen. En dus zal alleen al vanwege dat hogere risico de prijsstelling waarschijnlijk worden aangepast.”
De Nieuw-Zeelandse Fonterra Cooperative Group, ‘s werelds grootste zuivelexporteur, introduceerde vorige maand een doelstelling voor de uitstoot van broeikasgassen door zijn boeren, en zei dat zijn grootste klanten zoals Nestle SA en Mars Inc. willen dat hun leveranciers hun CO2-voetafdruk verminderen. Vooralsnog is er echter geen voorstel om meer te betalen voor melk van boerderijen die de doelstellingen halen of minder voor degenen die dat niet doen.
“Wat Fonterra doet is absoluut in lijn met wat we de meeste grote zuivelbedrijven zien doen”, zegt Yocarini.
“Als je kijkt naar Danone, als je kijkt naar Arla, als je kijkt naar Friesland Campina, ze doen allemaal precies hetzelfde.”
In Nederland wil de overheid de stikstofuitstoot halveren en heeft ze aangeboden om een aantal boeren uit te kopen. De Rabobank schat dat dit binnen 15 jaar 30% minder koeien kan betekenen.
Yocarini is optimistisch dat de meeste boeren met de juiste middelen in staat zullen zijn om de uitstoot van broeikasgassen te beperken zonder dat ze hun veestapel drastisch hoeven in te krimpen of de sector hoeven te verlaten. De zuivelindustrie is wereldwijd vrij proactief in het samenwerken met boeren om hulpmiddelen te ontwikkelen en te implementeren om de uitstoot te verminderen, zegt ze.
Dat omvat het gebruik van genetica, het inzetten van ander voer en diermanagement, maar ook het opbouwen van koolstofkredieten door het planten van bomen.
In Nieuw-Zeeland werkt de Rabobank samen met Fonterra, andere lokale voedselproducenten en de overheid in AgriZeroNZ, dat werkt aan de ontwikkeling van technieken die helpen de uitstoot te verminderen.
Terwijl boeren hebben moeten vechten tegen stijgende kosten, hoge rentetarieven en volatiele grondstofprijzen, verwacht Yocarini dat sommige van deze druk in 2024 zal afnemen. Maar ze houdt ook het weer in de gaten.
“El Niño is natuurlijk een belangrijke factor,” zegt ze.
“In Australië en Nieuw-Zeeland verwacht iedereen dat de droogte zal beginnen. In Zuid-Amerika, vooral Chili en Peru, maken ze zich zorgen over stortregens vroeg in het nieuwe jaar, omdat El Niño daar vaak van invloed is.
Yocarini, die ook directeur is van Rabobank Nieuw-Zeeland, was op bezoek in het land om te spreken op de Global Farmers Master Class van de bank, een programma voor 28 boeren uit 12 verschillende landen dat tot doel heeft voorlichting te geven en het denken te stimuleren over de uitdagingen van de sector en hoe de wereldwijde voedselzekerheid kan worden aangepakt.
Ze zei dat het evenement haar had laten zien dat de landbouw een cruciale sector is die de nodige stappen kan zetten om haar klimaatambities te verwezenlijken.
“Er is een groeiende wereldbevolking die gevoed moet worden,” zei ze.
“Er is nog steeds een enorme hoeveelheid vooruitgang die we kunnen boeken door middel van technologie, door innovatie, door duurzamere praktijken.”
