Redactie, TPO, 25 april 2024 – In een kort geding voor de rechtbank in Den Haag zijn donderdag twee uiteenlopende standpunten over het stikstofbeleid gepresenteerd, meldt het ANP.
Greenpeace benadrukte in de rechtszaal de onmiskenbare achteruitgang van de natuur en beschuldigt de overheid van ernstig uitstelgedrag.
De landsadvocaat daarentegen benadrukt juist dat de stikstofuitstoot al decennia daalt en waarschuwt voor mogelijke ontwrichting van de samenleving als de eisen van Greenpeace worden ingewilligd.
Greenpeace eist dat de rechter de overheid dwingt om snel plannen te maken om de stikstofneerslag in bedreigde natuurgebieden binnen veilige grenzen te krijgen, bij voorkeur vóór eind 2025.
Waar dat niet haalbaar is, moet volgens Greenpeace op zijn minst worden ingezet op maximale stikstofreductie om de natuur te behouden.
Greenpeace’s advocaat benadrukt de wettelijke verplichting van Nederland om de natuur te beschermen op basis van de beste beschikbare kennis, waarvan zij betoogde dat deze momenteel niet wordt nageleefd.
Aan de andere kant betoogt de landsadvocaat dat de stikstofneerslag al aanzienlijk is gedaald, met ongeveer 45 procent sinds 1990. Hij betoogt verder dat Greenpeace onrealistische eisen stelt, die een enorme impact zouden hebben op burgers en bedrijven.
Volgens de landsadvocaat zou zelfs sluiting van de hele veehouderij of industrie niet leiden tot een stikstofniveau onder de kritische depositiewaarde in alle kwetsbare gebieden.
Gezien de potentiële impact van de zaak, stelt de overheid dat deze zich niet leent voor een kort geding en wijst Greenpeace op een bodemprocedure, die de organisatie heeft aangespannen. Greenpeace daarentegen benadrukt dat de natuur niet kan wachten op de uitkomst van deze langere procedure.
Een punt van discussie tijdens de zitting was de aanscherping van de kritische depositiewaarden vorig jaar, waarvan de landsadvocaat betoogt dat de overheid goed op weg was om haar doelen te halen voordat deze verandering plaatsvond. Volgens Greenpeace had de overheid de aanscherping kunnen zien aankomen, omdat die was gebaseerd op eerder onderzoek.
Stichting Stikstofclaim, die ook het woord voerde, benadrukte de potentiële negatieve impact van ingrijpende maatregelen op boerengezinnen. Hierop reageerde de rechter persoonlijk door te erkennen dat hij de zorgen en onzekerheid onder boeren begrijpt, en dat helderheid voor iedereen van belang is