Redactie, TPO, 30 september 2024 – Deze bevindingen zijn gebaseerd op een recente analyse van doodsoorzaken door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Een accidentele val is gedefinieerd als een situatie waarin iemand per ongeluk valt en binnen dertig dagen overlijdt door de gevolgen van die val. Het betreft geen incidenten met vervoermiddelen, die onder vervoersongevallen vallen. In 2023 kwam dit gemiddeld neer op 19 dodelijke gevallen per dag.
Van de overledenen door een accidentele val had ongeveer de helft te maken met een gebroken heup, terwijl 25 procent hoofdletsel opliep. Ongeveer 4 procent van alle overledenen had een accidentele val als doodsoorzaak.
Als we rekening houden met vergrijzing en bevolkingsgroei, dan daalde het sterftecijfer door accidentele vallen tot 1998, vooral onder vrouwen. Sindsdien is het aantal dodelijke valpartijen geleidelijk gestegen, met een verdubbeling sinds 2010.
De meeste dodelijke valongelukken vinden plaats onder vrouwen van 80 jaar en ouder. Van de overleden personen door accidentele vallen was 43 procent tachtig jaar of ouder, en 36 procent was negentig jaar of ouder. Vrouwen vormen de meerderheid in beide leeftijdsgroepen, met 60 procent van de tachtigers en 75 procent van de 90-plussers.
De meest significante stijging in dodelijke valpartijen wordt gezien onder 90-plussers. In 2023 overleden 19,7 vrouwelijke 90-plussers per duizend vrouwen van deze leeftijd door een accidentele val, vergeleken met 7,9 in 2013.
Bij vrouwelijke tachtigers steeg dit aantal van 2,0 naar 4,2 per duizend. Hoewel ook bij mannen een stijging te zien is, is deze minder uitgesproken. Sinds 2020 is het sterftecijfer door accidentele vallen onder 90-plussers hoger voor vrouwen dan voor mannen.
Een belangrijk percentage van de slachtoffers door accidentele vallen woont in zorginstellingen. Van de 7.000 mensen die in 2023 omkwamen door een accidentele val, ontvingen 4.500 mensen zorg vanuit de Wlz, waarvan 86 procent in een zorginstelling verbleef.
In 2023 was bij 7 procent van alle overlijdens in een Wlz-zorginstelling een accidentele val de doodsoorzaak, een stijging ten opzichte van 3 procent in 2015. Bij mensen die thuis woonden en Wlz-zorg ontvingen, steeg dit percentage van 3 naar 5 procent.
Dementie of andere psychogeriatrische aandoeningen waren de belangrijkste redenen voor 75 procent van de Wlz-zorggebruikers die overleden door een accidentele val, een stijging van 59 procent in 2015. Dit toont aan dat de kwetsbaarheid van deze groep aanzienlijk is toegenomen.
Sinds het einde van de jaren negentig is overlijden door een accidentele val de meest voorkomende niet-natuurlijke doodsoorzaak in Nederland. In de afgelopen tien jaar is het aantal overlijdens door deze oorzaak aanzienlijk gestegen.
In 2023 overleed 62 procent van alle mensen die aan een niet-natuurlijke doodsoorzaak stierven door een accidentele val, terwijl dit percentage in 2014 nog 44 procent was.
In vergelijking met andere niet-natuurlijke doodoorzaken, zoals zelfdoding (1.800 slachtoffers), verkeersongelukken (745) en moord en doodslag (103), is het aantal overlijdens door accidentele vallen aanzienlijk hoger. Dit benadrukt de urgentie om maatregelen te nemen ter preventie van deze tragische en vaak te vermijden incidenten.