‘Ze wilde de Lek in rijden en mijn broertje met zich meenemen’

29-04-2015 11:27

“Op het moment dat ik word gebeld door mijn wijkteambegeleider, weet ik al dat ik mijn spullen weer moet pakken. Het is de avond na die heftige ruzie met mijn tante. Er waren borden gesneuveld en we hebben allebei blauwe plekken opgelopen. Binnen een half uur sta ik met mijn koffer aan de straat, te wachten tot mijn tante mij weg zou brengen. Het gebeurt allemaal in een waas. Ik zit een paar momenten later in de auto en sluit me volledig af. Verstand op nul, daar gaan we weer.”

Anna* (16) zit nu twee dagen in een crisisopvang in Amersfoort met zeven andere jongeren, nadat het bij haar tante is geëscaleerd. Het leven in een crisisopvang valt haar mee. “Het broertje van mijn vriend heeft hier ook gezeten, hij vertelde me allemaal horrorverhalen.” Volgens haar krijg je zoveel vrijheid als je wil, als je maar doet wat de begeleiding zegt.

Heftig verleden

Op de groep is Anna een gezellige meid. Ze doet mee met kaartspelletjes, doet vriendelijk tegen de begeleiding en vindt alles wel prima. Ze lacht veel. Maar achter dit lachende, opgemaakte gezichtje zit een heftig verleden, dat ze zonder blikken of blozen op tafel legt.

“Ik heb geen goede band met haar. Mijn vader wilde heel graag kinderen en mijn moeder niet. Toen is ze toch zwanger geworden. Ik heb eigenlijk altijd te horen gekregen dat ik een ongelukje was en dat ik niet gewenst was. Als je dat elke dag hoort, hakt dat er best wel in. De problemen begonnen pas echt toen mijn zusje ouder werd. Mijn moeder en zij waren als twee handen op één buik. Daar werd ik natuurlijk heel jaloers op. Ik had dat niet met haar. Ik trok daardoor meer naar mijn vader toe. Mijn vader en moeder hadden daar steeds vaker ruzie om, omdat mijn vader mij zogenaamd voortrok.”

“Ze drukte haar sigaretten uit tegen mijn arm en sleurde mij aan mijn haren mee”

“Mijn moeder begon me, hoe ouder ik werd, steeds vaker te slaan en op andere manieren toe te takelen. Vanaf groep zeven liep ons gezin al bij Jeugdzorg, omdat mijn moeder psychisch niet helemaal in orde was. Ze drukte haar sigaretten uit tegen mijn arm, schreeuwde verwensingen en sleurde mij aan mijn haren mee. Als mijn vader ’s avonds thuis kwam, deed ze alsof er niks aan de hand was. Ik had me gestoten, zei ze dan. Toen later ook nog mijn broertje werd geboren, werd alles steeds erger. Mijn moeder was al heel lang depressief, alleen heeft ze dat tot vorig jaar altijd ontkend. Ze heeft daar dus nooit hulp voor gekregen. Toen mijn broertje was geboren, werd ze ook nog suïcidaal.”

Suïcidaal

“Afgelopen november stapte ze samen met mijn broertje de auto in. Ze wilde zichzelf de Lek inrijden en mijn broertje met zich meenemen. De buurman heeft ze net op tijd gezien. Hij heeft mijn vader gewaarschuwd, waarna hij ze nog op tijd heeft weten op te halen. Dat was het moment waarop ik ben weggegaan. Ik wilde heel graag voor mijn broertje en zusje zorgen. Maar ik trok het echt niet meer.”

“Ik geloof dat ze mij begon te slaan. Tja, dan sla ik terug”

“Mijn vriend heeft gezegd dat ik maar bij hem moest komen wonen, maar al snel merkte ik dat het niet samenging met mijn schoolwerk. Ik heb daarna een week bij een vriendin gewoond. De eerste paar dagen ging het prima, maar haar ouders werden steeds strenger voor mij. Ik mocht nergens heen, ze hielden me continu thuis. Ik heb uiteindelijk moeten zeggen: ‘luister, ik waardeer heel erg wat jullie voor mij doen, maar dit werkt zo gewoon niet. Ik kijk verder’. Daar waren ze niet blij mee. Ik moest meteen mijn koffers pakken.”

Jaloezie

“Ik ben daarna bij mijn oom en tante terecht gekomen, wat achteraf geen goede beslissing bleek te zijn. Het buurmeisje van mijn oom en tante zag hen als ouders, omdat de band met haar eigen ouders ontzettend slecht was. Ze werd enorm jaloers toen ik daar was. Ze kwam met de meest bizarre verhalen naar mijn oom en tante. Volgens haar gebruikte ik drugs en sliep ik met de hele buurt. Dit bracht heel veel spanningen met zich mee, omdat mijn tante mij daarvoor ook al niet vertrouwde. Ze had het steeds over mijn moeder, dat ze een pokkenwijf was. Dat ging er bij mij niet in. Ik stond op slechte voet met mijn moeder, maar het was nog steeds mijn moeder. Dat was het moment waarop het fout ging tussen mijn tante en mij. Ik geloof dat ze mij begon te slaan. Tja, dan sla ik terug.”

“Hij is depressief na het verlies van zijn tweede kindje”

“Een half jaar geleden heb ik mijn vriend ontmoet in een kroeg. Heel klassiek eigenlijk: hij gooide per ongeluk bier over mij heen, waarna we aan de praat raakten. We begonnen daarna met daten. Hij heeft er wel lang over moeten nadenken of hij een relatie met mij wilde of niet. Hij is achtentwintig, ik ben zestien. Hij kwam ook nog uit een lange relatie, een vrouw met wie hij twee kinderen heeft gekregen. Het leeftijdsverschil is heel groot en omdat ik minderjarig ben, is hij ook nog eens strafbaar. Uiteindelijk heeft hij gezegd: ‘we proberen het gewoon. Je voelt nou eenmaal wat je voelt en als het niet werkt, kunnen we altijd nog uit elkaar gaan’.”

Veel steun

“We zijn nog steeds bij elkaar, maar het is soms wel zwaar. Hij doet heel hard zijn best om mij zoveel mogelijk te steunen, dat zie ik aan hem, maar hij vindt het heel moeilijk. Hij is depressief na het verlies van zijn tweede kindje en hij moet tegen zijn ex vechten voor de voogdij van zijn andere kind, dus hij heeft zelf ook veel te verwerken. Gezien zijn situatie en zijn toestand, denk ik wel dat ik nu genoeg aan hem heb. Hij doet zijn best om me te steunen, en dat waardeer ik ook heel erg.”

“Ik mis mijn broertje en zusje het meest. Ze hebben mij heel lang gezien als hun moeder, in plaats van hun eigen moeder. Vooral toen mijn broertje nog een peuter was. Ik heb heel lang voor hem moeten zorgen. Hij zei mama tegen mij, niet tegen mijn moeder.”

Mishandeling

Anna vertelt dat ze zich nu pas realiseert hoe onzeker ze is geworden van het gedrag van haar moeder. “Mijn moeder mishandelde mij, terwijl ze wel goed met mijn zusje kon opschieten. Gelukkig was mijn vader er nog, bij wie ik kon schuilen als ik me rot voelde. Hij heeft een scheiding overwogen, maar hij kan voor zijn gevoel geen kant op. Hij heeft dan geen auto, geen huis en geen geld… Hij hoopt nog steeds dat mijn moeder weer zichzelf kan worden, nu ik niet meer thuis woon. Ik heb ook goede momenten met haar gehad, maar we botsen te veel. Het gaat nu gelukkig beter tussen ons. Als ik haar bel, kunnen we gewoon kletsen, omdat we niet meer in één huis wonen. Met mijn zusje gaat het niet zo goed. Ze loopt momenteel bij een psycholoog, omdat ze heel erg het gevoel heeft dat ik haar in de steek heb gelaten. Ik voel me daar heel schuldig over, maar het is niet anders.”

“Ik hoop echt dat ik na een aantal jaar met een beter gevoel kan terugkijken naar dit moment, omdat alles toch goed is afgelopen. Maar zover is het nog lang niet. Ik ga me hier gewoon voorbeeldig gedragen en ik ga proberen me groot te houden. Misschien gaat de zon dan wel weer schijnen.”

* Om de privacy van de geïnterviewde volledig te kunnen waarborgen, wordt haar echte naam verborgen gehouden.